3H: Paragraaf 4.3 Hoe verkoop ik mijn idee?

Bedrijfseconomie
Pincode Hoofdstuk 4. Hoe ondernemend ben je?
  1. Een eigen bedrijf?
  2. Een goed idee?
  3. Hoe verkoop ik mijn idee?
  4. Wie doet wat?
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bedrijfseconomie
Pincode Hoofdstuk 4. Hoe ondernemend ben je?
  1. Een eigen bedrijf?
  2. Een goed idee?
  3. Hoe verkoop ik mijn idee?
  4. Wie doet wat?

Slide 1 - Slide

Opgave 24 (exploitatiebegroting)

Op school starten jullie een minionderneming. Jullie hebben besloten om 3D-pennen te verkopen via een webwinkel. De pennen kosten inkoop € 11,80. Jullie hebben 15 pennen op voorraad nodig. Doosjes om te verzenden kopen jullie voor € 0,65 als jullie er minimaal 100 bestellen. Voor de webwinkel gebruiken jullie een computer van school. Een broer van iemand uit het groepje kan de webwinkel bouwen voor € 200. Een logo maken jullie zelf. Aan reclame geven jullie € 100 uit.
c. Maak de exploitatiebegroting, neem 10% van het totaal op voor onvoorzien.
  • kosten inkoop                   200 stuks × € 11.80 =  € 2.360
  • kosten doosjes                 200 stuks × € 0,65 =    €     130
  • kosten webwinkel                                                        €     200
  • kosten reclame                                                             €      100
  • kosten totaal                                                                  €  2.790
  • kosten onvoorzien                     10% x € 2.790 = €      279
  • kosten                                                                               € 3.069 (kostprijs per product = € 3.069 ÷ 200 stuks = € 15,35)
  • opbrengsten                     200 stuks × € 19.95 = € 3.990 (omzet = p x q)
  • winst (of verlies)                  € 3.990 - € 3.069 = €      921 (winst)



Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Marketing en doelgroep
Marketing is klanten
  • infomeren over je product / dienst
  • verleiden het aan te schaffen


Doelgroep is een groep
consumenten voor wie het bedoeld is.




Slide 4 - Slide

Marktaandeel
Marktaandeel is het aandeel van een product in de totale markt van dat product:
 1.  afzet van één aanbieder ÷ totale afzet × 100%
 2. omzet van één aanbieder ÷ totale omzet × 100%



Slide 5 - Slide

Maken opgave 29 blz. 107
Klaar? Ga verder met 31 t/m 33
timer
8:00

Slide 6 - Slide

Marketingmix (de 5 P's)

Slide 7 - Slide

Beïnvloeding en prijspolitiek
Promotie = Reclame.
  • Commerciële beïnvloeding: door bedrijven
  • Sociale beïnvloeding: door vrienden en familie



Prijspolitiek:
  • Psychologisch prijzen: bijvoorbeeld: € 3,99
  • Penetratie prijspolitiek: een nieuw product op de markt brengen tegen een hele lage prijs
  • Afroom prijspolitiek: de prijs van een nieuw product op de markt steeds wat verlagen

Slide 8 - Slide

Maken opgave 31 t/m 42
Wat je niet afkrijgt is huiswerk

Slide 9 - Slide

Opdracht marketingmix (5 P's)
WAT     analyseer de marketingmix (5 P's) van www.itdreamlan.nl
HOE     met je chromebook in 7 groepjes (van het ondernemersproject)
              ieder groepje krijgt een P die je als groepje gaat analyseren
HULP   LessonUp, boek (paragraaf 4.3) en docent
TIJD     10 minuten
UITKOMST ieder groepje noteert de eigenschappen, tops en tips van de P die
                       je terugvindt op de website www.itdreamlan.nl
KLAAR dan kun je nog een andere P analyseren

Slide 10 - Slide

In de omgeving Buitenpost zijn 2490 schoolgaande leerlingen (voortgezet onderwijs).
Op onze school hebben we 920 leerlingen.

Wat is het marktaandeel van onze school?
A
21,3%
B
27%
C
36,9%
D
52%

Slide 11 - Quiz

Als je een nieuwe auto van het merk Kia koopt, krijg je 7 jaar garantie.

Welk marketinginstrument wordt hier gebruikt?
A
product
B
prijs
C
plaats
D
promotie

Slide 12 - Quiz

De elektrische fietsen van Stella zijn alleen online te bestellen en te onderhouden bij speciale fietsenmakers.

Welk marketinginstrument wordt hier gebruikt?
A
product
B
prijs
C
plaats
D
promotie

Slide 13 - Quiz

Jaap laat zijn vakantiefoto's van een hele leuke camping aan zijn vrienden zien.

Van welke beïnvloeding is hier sprake?
A
commerciële beïnvloeding
B
sociale beïnvloeding
C
commerciële en sociale beïnvloeding
D
geen beïnvloeding

Slide 14 - Quiz

Toen it Dreamlân 10 jaar geleden open ging was de kampeerprijs € 6 per nacht. Inmiddels is deze gestegen naar € 9,50 per nacht.

Welke prijspolitiek heeft it Dreamlân gehanteerd?
A
psychologisch prijzen
B
penetratieprijspolitiek
C
afroomprijspolitiek
D
geen prijspolitiek

Slide 15 - Quiz