What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Formuleren §3 dinsdag 9 april, Verwijswoorden
vandaag
Leg je lesboek, schrift en etui op tafel.
Planning bespreken
LessonUp/uitleg: § 2 Formuleren, Verwijswoorden
aan de slag
Leesboek!!
afsluiting
Welkom bij het vak Nederlands
Wat gaan we doen?
Leg je lesboek, zuidschrift, laptop en etui op de tafel.
1 / 13
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
This lesson contains
13 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
vandaag
Leg je lesboek, schrift en etui op tafel.
Planning bespreken
LessonUp/uitleg: § 2 Formuleren, Verwijswoorden
aan de slag
Leesboek!!
afsluiting
Welkom bij het vak Nederlands
Wat gaan we doen?
Leg je lesboek, zuidschrift, laptop en etui op de tafel.
Slide 1 - Slide
Volledige zinnen par. 1 Formuleren
Punt .
Vraagteken ?
Uitroepteken !
Komma ,
Dubbele punt :
Slide 2 - Slide
Formuleren §2
De woorden zijn mannelijk of vrouwelijk.
Het woorden zijn onzijdig.
Dit noemen we
woordgeslacht.
Slide 3 - Slide
mannelijk, vrouwelijk en onzijdig
Mannelijke en vrouwelijke woorden:
Gebruik - DE en
die en deze
Onzijdige woorden:
Gebruik - HET en dit en dat
Meervoud
DE- en deze en die
Slide 4 - Slide
Formuleren dinsdag 9 april. § 3, Verwijswoorden. blz 222
Lesdoel:
Ik kan de verwijswoorden deze, die, dit en dat op de juiste manier gebruiken.
Slide 5 - Slide
Formuleren (6) Verwijswoorden.
Verwijswoorden wijzen meestal terug naar een woord dat eerder genoemd is.
DE- woorden verwijs je terug met deze en die.
HET- woorden verwijs je terug met dit en dat.
Slide 6 - Slide
Formuleren (6) Verwijswoorden.
Ik heb een fiets gekocht,
die
had ik gezien in de advertentie.
DE Fiets
Zoek jij de schoenen, deze heb ik weggegooid.
De schoenen
Naar DE- woorden wijs je terug met
deze en die.
Slide 7 - Slide
Formuleren (6) Verwijswoorden.
.
naar HET- woorden wijs je terug met
dit en dat.
Slide 8 - Slide
Formuleren (6) Verwijswoorden.
Het glas is weg, dat had ik toch op tafel neergezet.
Het glas
Ik heb een cadeau gekocht, dit is voor mijn moeder.
Het cadeau
naar HET- woorden wijs je terug met
dit en dat.
Slide 9 - Slide
Formuleren (6) Verwijswoorden.
Je moet een verslag nooit van een ander kopiëren,
dat is niet slim om te doen!
Met DAT verwijs je terug naar een hele zin
Slide 10 - Slide
De woorden.
aangebracht – geplaatst; erop gemaakt
beeldvorming – wat men over iets gaat vinden
bij uitstek – meer dan andere; vooral
chaotisch – rommelig; ongeordend
comfortabel – prettig
cultuur – manier van leven
Slide 11 - Slide
Maken
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
More lessons like this
Verwijzen - les 2
June 2023
- Lesson with
42 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Formuleren paragraaf 3: verwijswoorden
March 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
14 maart - Nakijken en formuleren H6, verwijzen (ook voor havo 1)
March 2023
- Lesson with
18 slides
Formuleren paragraaf 3 + 4
April 2023
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
1MH les 16/2: formuleren - verwijswoorden LessonUp
February 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
Formuleren p.4 (verwijswoorden)
May 2022
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
H5 NN 1-KGT Taalverzorging 2 Formuleren verwijswoorden
August 2021
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Formuleren par. 4 (verwijswoorden)
June 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1