Bereken de snelheid die een fietser krijgt als de fietser een spierkracht heeft van 130 N. De luchtweerstand is 70 N en de rolwrijving 30 N. De massa van de fietser is 60 kg.
De beginsnelheid van de fietser is 9,0 km/h, en de fietser is 8,0 s aan het versnellen.
= de toename van de snelheid, dus hij gaat 4 m/s sneller dan de beginsnelheid.
m/s