4.3: Machtige heren, halfvrije boeren

Kijk goed!
Herken jij de drie standen?
4.3: Machtige heren, halvrije boeren
Hofstelsel en horigheid
OVRA
1 / 31
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Kijk goed!
Herken jij de drie standen?
4.3: Machtige heren, halvrije boeren
Hofstelsel en horigheid
OVRA

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Horigen
domein
horigheid
hof
rentmeesters
hofstelsel
herendiensten
stand
privileges
heerlijke rechten 

Slide 3 - Slide

Zet de woorden op de juiste plek in de tekst.
Hoe bestuurde Karel de Grote zijn Rijk?
Na het einde van het ...... komen in Europa de ...... aan de macht. Hun koning ...... kon niet alles alleen besturen. Daarom leent hij stukken land uit aan ...... Zij besturen dat stuk land voor hem. In ruil daarvoor ...... ze belasting, hielpen hem in een ...... en zworen ...... aan hem. Deze manier van besturen noemen we het ...... Ridders waren ...... te ...... en moesten ...... voor de leenheer als er een oorlog was. 
Romeinse Rijk
Friezen
Franken
Karel
Clovis
leenmannen
leenheren
betalen
kregen
oorlog
vrede
trouw
voet
leenstelsel
soldaten
paard
vechten

Slide 4 - Drag question

Omhakken van heilige bomen. Germanen geloofde niet in één god als de Christenen maar in meerdere goden. Karel de Grote wilde dat iedereen in zijn rijk Christelijk was en verbood andere geloven. 
In Rome woont de paus. Hij is het hoofd van de kerk en dus van alle christenen. Rijke mannen (Edelen) vinden dat hij zijn werk niet goed doet en sluiten hem op. De paus ontsnapt uit zijn kerker en vlucht naar Karel die de paus gehoorzaamt. Die zorgt ervoor dat de paus weer de baas wordt in Rome. Als dank kroont de paus hem in het jaar 800 tot Keizer
Na veel veldtochten is Karels rijk bijna net zo groot als Europa nu. Hij is de eerste met zo'n groot land na de Romeinen. Daarom noemen we hem ook wel Vader van Europa. Rust en eenheid is belangrijk in zo'n enorm rijk. Daarom laat Karel alle wetten en regels opschrijven en zorgt hij ervoor dat iedereen zich daaraan houdt.
Karel de Grote is de koning. Waarschijnlijk krijgt hij die bijnaam omdat hij zo'n groot rijk bezit. Maar hij is zelf ook groot. In de middeleeuwen zijn de mensen kleiner dan nu. Karel is 1 meter 84 en steekt met kop en schouders boven de meeste mensen uit
In de middeleeuwen kunnen veel mensen niet lezen en schrijven. Zelfs de koning niet! Als Karel een handtekening moet zetten zet hij alleen een klein streepje in het midden. Maar Karel de Grote vindt het belangrijk dat meer mensen dat leren. Daarom moeten de monniken nieuwe letters ontwikkelen. Die zijn makkelijker te lezen. We gebruiken ze nog steeds. Ook komen er scholen voor rijke jongens. Die kunnen Karel later helpen zijn rijk te besturen. 
Het is niet makkelijk om zo'n groot land te regeren. Je weet nooit of ergens een opstand uitbreekt. Karel reisde eerst zijn hele rijk door, maar daar heeft Karel iets op bedacht. Hij geeft Edelen en geestelijken (leenmannen) een stuk land te leen. In ruil daarvoor zweren deze leenmannen trouw aan de koning. En ze moeten veel doen: de rust bewaren, wetten uitvoeren en soldaten sturen voor zijn leger.
Als Karel ouder wordt wil hij niet meer zoveel reizen. Daarom zoekt hij één plek om te wonen. Hij kiest voor de stad Aken en bouwt er zijn belangrijkste palts (Paleis en kasteel). Karel de Grote sterft als hij 72 is. Dat is erg oud voor die tijd. Zijn zoon Lodewijk de Vrome volgt hem op.
Na Karels dood verschijnen er veel verhalen over hem. Een van de beroemdste is 'Karel en Elegast'. Dat verhaal wordt rond het jaar 1250 geschreven - meer dan 400 jaar na zijn dood! Voor ons zijn die middeleeuwse verhalen moeilijk te lezen. De taal is heel anders en de spelling ook.

Karel en Elegast' begint met een droom. Een engel fluistert Karel in dat hij moet opstaan om te gaan stelen. Karel wil niet (want wat als hij betrapt wordt?), maar hij is een gelovig man, dus hij gehoorzaamt de engel toch. In het pikkedonker gaat hij naar buiten. In het bos wordt hij aangevallen door een zwarte ridder. Karel verslaat hem en ontdekt dat hij Elegast heet. Op het eind van het verhaal weet je waarom de engel Karel op pad heeft gestuurd…
Karel wil goede vrienden blijven met de landen om hem heen. Hij is rijk en geeft graag dure cadeaus. Daarmee maakt hij veel indruk op andere staatshoofden. Maar zelf krijgt hij het meest bijzondere geschenk… de witte olifant Abul Abbas. Karel krijgt hem van Harun-al-Rashid, de kalief (hoofd van de gelovigen) van Bagdad. Dit is nu de hoofdstad van Irak.

Slide 5 - Slide

landbouw-stedelijke samenleving

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Samenleving van de jager-verzamelaars
landbouwsamenleving
landbouw-stedelijke samenleving
industriële samenleving
informatie samenleving

Slide 8 - Drag question


Welk soort samenleving was in Europa aanwezig in het tijdvak 'Monniken & Ridders'?
A
Een landbouw samenleving
B
Een landbouw stedelijke samenleving
C
Industriële samenleving
D
Jagers en verzamelaars samenleving

Slide 9 - Quiz

Drie groepen
In de middeleeuwen had je in de samenleving drie standen:
Geestelijken
Adel
Boeren/horigen
Elke groep heette  een stand. Letterlijk waar jij staat in de maatschappij, wat jouw plek is. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Slide

Horigen?

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Koning
Leenman
Achterleenman
Horigen

Slide 16 - Drag question

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Het mottekasteel was een versterkte wachttoren. Hier woonde de heer als er gevaar was.
Een versterkt hek dat bescherming moest bieden tijdens een oorlog. Als deze kapot was en moest worden opgeknapt, dan werd dit gedaan door horigen. Dit noem je een herendienst.
De akkers van de heer werden bewerkt door horigen. Er waren akkers waarbij de volledige opbrengst naar de heer ging, en er waren akkers waarbij een deel van de opbrengst voor de horige boeren was.
Horigen woonden in vredestijd buiten het hof van de heer.
Met het hofstelsel bedoelen we het hele systeem (stelsel) van heren en horigen, inclusief pacht en de herendiensten.
Hofstelsel

Slide 19 - Slide

0

Slide 20 - Video

woeste grond
gebied heer
Horigen

Slide 21 - Drag question

Heren en horigen
De tijd van monniken en ridders
3 Heren, horigen en heiligen

Slide 22 - Slide

Horigen
  • Mocht niet het land van de leenheer/leenman verlaten.
  • De horigen hadden een eigen stukje grond. 
  • Met de opbrengst konden horigen belasting betalen.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Slide

Huiswerk:
Maken: 4.3: vragen 5 t/m 9
Leren: 4.1 t/m 4.3

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide