B1 - Periode 3 - H1 Les 5 - GSE (07/10-03-2023)

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Bienvenidos

Meld je aan bij Lessonup met de lessonup klascode. 

(het linkje staat op magister 24/27 januari 2023)

Les 4: B1d op 14-2-2023, B1f op 24-2-2023

Reglas

1. spullen en huiswerk in orde

2. vragen? hand opsteken

3. als docent spreekt, ben je stil

4. binnen? op je eigen plaats zitten en spullen gereed

5. respecteer elkaar, en zit niet aan elkaars spullen

6. Telefoons in de telefoontas aan de muur,  

opgeladen laptop in je rugzak

Al final de la clase: 

- heb je de spaanse lidwoorden geleerd

- ken je de werkwoorden 'hablar', 'llamarse', 'ser' en 'tener'

- weet je de ontkenning in het spaans

El programa de hoy

Info
S.O. (15m)

Gramática: lidwoord + meervoud (15m)

Gramática: hablar, llamarse, negación (15m)

Opdracht: MI RETRATO
Reflexión, Los deberes

SO (15m) 

Start: 

• leesboek onder je tafel

Klaar? 

• S.O. op hoek tafel, op de kop
• boek lezen

Lidwoord + meervoud (15m)

• ESTUDIAR: gram. nr. 1 + 3
  
• HACER: Voc. p.18 oef 1 (lidwoord enkelvoud) 

Klaar? VOC p.18 oef 2-3 (meervoud)

Verbos + negación (15m)

ESTUDIAR: 

HABLAR (gram nr. 27)

LLAMARSE (gram nr. 28)

NEGACIÓN (gram. nr. 17a): 

Juan (no) habla espanol; Yo (no) hablo espanol.

PRACTICAR (oefenen): 

voc. p.21 oef 4a (hablar), 5a (llamarse) 

voc. p. 22 oef 1 (ontkenning)

Klaar? 

Zoek op 'Verbuga Spaans' + oefen met de werkwoorden 'presente'.

MI RETRATO

Intro:

OPDRACHT 'Mi retrato' 

‘Mijn portret’, Voc. p.33

Inleveren in de les, over twee weken.

Los deberes

leren:

Gram. nr. 1 (lidwoord) + nr.3 (meervoud) + nr.17a (ontk) + 27 (hablar)+ 28 (llamarse);

Frases clave p.5

maken:

Voc. p.18 oef 2-3 + p.20 oefening 3ab (ser, tener) + p.21 oef 4b (hablar) + oef 5b (llamarse) + p.22 oef 1 (ontk);

werk alvast aan de opdracht van voc.p.33 (let op: je moet er ook de lesstof van volgende les in verwerken)

1. Wat hebben jullie vandaag geleerd?
2. Hoe heb je gewerkt?

Wat heb je vandaag geleerd?
Geef voorbeelden.

La pronunciación: el acento

El acento (de klemtoon)

1. eindigt een woord op klinker, of n, of s, dan ......

2. eindigt een woord op een andere letter, dan .....

Wijkt de werkelijke uitspraak af, dan schrijf je een accent.

Het accent geeft aan op welke lettergreep de klemtoon valt.

• het accent staat altijd dezelfde kant op ‘ 
•  ook op een vraagwoord schrijf je een accent. Voorbeeld ¿Cómo? = Hoe?

REPASO: spreek de woorden van vocab. 1.1 uit en pas de uitspraakregels toe.