KGT C6 Formuleren §4

Cursus 6 Formuleren §4 vanaf blz.220
Lesdoel: Je oefent meer met verwijzen.

Vorige les: grammatica> lv


1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Cursus 6 Formuleren §4 vanaf blz.220
Lesdoel: Je oefent meer met verwijzen.

Vorige les: grammatica> lv


Slide 1 - Slide

Wat zijn verwijswoorden?

Slide 2 - Open question

Maak een zin met een verwijswoord erin.

Slide 3 - Open question

Aantekening blz. 220> samengestelde zin

Slide 4 - Slide

Je gebruikt verwijswoorden om...
A
... het moeilijker te maken voor de lezer.
B
... de tekst korter te maken.
C
... meer afwisseling in de tekst te krijgen.
D
...de tekst leuker te maken.

Slide 5 - Quiz

Wat is waar?

A. Het verwijswoord 'mijn' geeft een bezit aan.
B. Het verwijswoord 'jou' geeft een bezit aan.
A
A
B
B

Slide 6 - Quiz

Wat is geen verwijswoord?
A
ze
B
deze
C
zeker
D
zij

Slide 7 - Quiz

Kies het juiste verwijswoord.


A
Deze/die meisje
B
Dit/dat meisje

Slide 8 - Quiz

Wat zijn verwijswoorden?
A
Een woord dat een schuldige aanwijst
B
Een groepje woorden.
C
Een woord dat verwijst naar een ander woord of stukje tekst.
D
Een woord dat gebruikt wordt om de tekst beter leesbaar te maken.

Slide 9 - Quiz

Zelfstandig werken of instructiegroep 

Huiswerk: 
* Maken opdracht 1 t/m 6 Cursus 6 Formuleren §4

Klaar?
Online> Cursus 5 Grammatica §6 opdracht 1 t/m 5

timer
20:00

Slide 10 - Slide

Evaluatie





Wat ging er goed deze les?

Slide 11 - Slide