Goniometrie les 1

Goniometrie

3 mavo
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Goniometrie

3 mavo

Slide 1 - Slide

Doelen bij deze les
We hebben eerder geleerd zijden te berekenen met Pythagoras.
We hebben geleerd hoeken en zijden te berekenen met tangens.
Nu gaan we leren ook met sinus en cosinus te werken 
En we gaan leren dit allemaal door elkaar gebruiken.


Doelen:
• Ik kan bepalen wanneer ik de Stelling van Pythagoras, hoekensom driehoek of  
  goniometrie moet gebruiken.
• Ik kan bepalen wanneer ik sinus, cosinus of tangens moet gebruiken.
• Ik kan met sinus, cosinus of tangens een hoek of een zijde van een
  rechthoekige driehoek berekenen.

Slide 2 - Slide

Vandaag:
Voorkennis: Stelling van Pythagoras + hoekensom driehoek (15 min)

Herhalen H5 ( 15 min)

Begin H10 (zelfstandig werken) (20 min)

Aantekening Goniometrie (15 min)
Zelfstandig werken (15 min)

Slide 3 - Slide

Voorkennis
Maak opdracht 1 en 2 op het stencil
timer
1:00

Slide 4 - Slide

weet je nog?
de stelling van pythagoras
x2
Dus AC = 36,7 

Slide 5 - Slide

De stelling van Pythagoras hebben we ook al eerder geoefend.

Maar je kunt hem ook korter opschrijven.

Vanaf nu gebruiken we deze schrijfwijze!

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Dus onthoudt de verkorte stelling van Pythagoras:


Wanneer je een korte zijde uit moet rekenen, gebruik je de volgende formule:





kz=[?]lz2kz2
lz=[?]kz2+kz2
Terugblik: Pythagoras - Verkort
Dus onthoudt de verkorte stelling van Pythagoras:


Wanneer je een korte zijde uit moet rekenen, gebruik je de volgende formule:


Slide 8 - Slide

HERHALING!
Hfd. 5

Slide 9 - Slide

HERHALING!
Hfd. 5

Slide 10 - Slide

HERHALING!
Hfd. 5

Slide 11 - Slide

tanB=AO
tanB=3218=0,563
B=29°
Voorbeeld
3 decimalen
alleen bij een rechthoekige driehoek!

Slide 12 - Slide

Voorbeeld
29°
tanC=AO
tan29=32AB
AB=tan2932=17,7
3=26
AB?

Slide 13 - Slide

tanB=AO
29°
Voorbeeld
tan29=AB18
AB=tan2918=32
3=26
AB?

Slide 14 - Slide


Vanuit ∠ P, wat is de 
aanliggende RHZ?
A
PQ
B
QR
C
PR

Slide 15 - Quiz


Wat is de tangens van ∠ Q?
A
3:4 (0,750)
B
4:3 (1,333)

Slide 16 - Quiz

Welke hoek hoort bij de tangens van 1,279
A
52 º
B
0,022º

Slide 17 - Quiz


Vanuit ∠ Q, wat is de 
aanliggende RHZ?
A
PQ
B
QR
C
PR

Slide 18 - Quiz

Dus onthoudt de verkorte stelling van Pythagoras:


Wanneer je een korte zijde uit moet rekenen, gebruik je de volgende formule:





Sommen maken:

H10 maken som 2,5,6,7,8 (20 min)
Daarna aantekening  (15 min)
vervolgens: 14, 16 en 17 (15 min)
Heb je het niet af? Dan zijn de sommen huiswerk.

Slide 19 - Slide