Quiz Voeding opdracht 10

• Paardenhouderij
• MBO
• Studiejaar 1

Opdracht 10 

Juist/ Onjuist Vragen 

1. Een paard moet kauwen om speeksel te produceren

1. Juist
2. Onjuist

2. Speeksel neutraliseert het zuur in de maag en de dikke darm.

1. Juist
2. Onjuist

3. Bij 1 kg ruwvoer wordt 3,5 liter speeksel geproduceerd

1. Juist
2. Onjuist

4. Uit de galblaas van het paard komt pancreas sap vrij

1. Juist
2. Onjuist

5. De grote van de voedseldeeltjes is van invloed op hoe lang het voedsel in de verschillende delen van het maagdarm kanaal verblijft.

1. Juist
2. Onjuist

6. De maag is het zwakste punt van het paardenlichaam.

1. Juist
2. Onjuist

7. De maag bestaat uit het slokdarmgedeelte en het bodemgedeelte; het slokdarmgedeelte bevat speekselklieren.

1. Juist
2. Onjuist

8. Het bodemgedeelte zorgt voor verdere afbraak van aminozuren en eiwitten.

1. Juist
2. Onjuist

9. Het bodemgedeelte start met de afbraak van zetmeel door middel van enzymen en bacteriën.

1. Juist
2. Onjuist

10. Opening van de maag is geregeld door hormonen uit de dunne darm.

1. Juist
2. Onjuist

11. De blinde darm is onderdeel van de dunne darm.

1. Juist
2. Onjuist

12. In de dunne darm wordt het grootste deel van het krachtvoer verteerd.

1. Juist
2. Onjuist

13. In de dunne darm vindt vertering plaats door bacteriën.

1. Juist
2. Onjuist

14. In de dunne darm vindt enzymatische vertering plaats

1. Juist
2. Onjuist

15. De dikke darm verzorgt 30% van de verteringscapaciteit.

1. Juist
2. Onjuist

16. Ruwe celstof wordt verteerd in de dikke darm

1. Juist
2. Onjuist

17. De dikke darm neemt veel aminozuren op.

1. Juist
2. Onjuist

18. De dikke darm bestaat uit twaalfvingerige darm, dikke darm en endeldarm.

1. Juist
2. Onjuist

19. Een paard poept ongeveer 20 keer per dag.

1. Juist
2. Onjuist

20. De hoeveelheid mest in kg is afhankelijk van de eiwitten in het voedsel.

1. Juist
2. Onjuist