grammatica aanwijzend voornaamwoord

1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

  • Je kunt een aanwijzend voornaamwoord benoemen.

Slide 2 - Slide

aanwijzend voornaamwoord
deze, die,dit,dat
zo'n, zulk(e), zelf
hetzelfde, dezelfde, dergelijke

Slide 3 - Slide

Die rode fiets zou ik eerder kopen dan zo'n zwarte.
aan=
A
die
B
zo'n
C
die-zo'n
D
die-zo'n-ik

Slide 4 - Quiz

afkorting: aan

Slide 5 - Slide

Die dame verkoopt zulke oude spullen in dat winkeltje.
Hoeveel aan staan er in deze zin?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 6 - Quiz

Tweelingen dragen vaak dezelfde kleren want dat vinden ze zo leuk.
Hoeveel aan staan er in deze zin?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 7 - Quiz

Deze vulpen vind ik mooier dan die daar.
Hoeveel aan staan er in deze zin?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 8 - Quiz

Je moet ervoor zorgen dat je deur op slot zit als je het huis verlaat.
Hoeveel aan staan er in deze zin?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 9 - Quiz

Heb je deze quiz echt zelf gemaakt?
Hoeveel aan staan er in deze zin?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 10 - Quiz

Als je op kamp gaat, heb je degelijke schoenen nodig.
Hoeveel aan staan er in deze zin?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Op de Amsterdamse beurs worden aandelen gekocht en verkocht.
Amsterdamse - worden
A
eig-kop
B
eig-hww
C
bn-kop
D
bn-hww

Slide 13 - Quiz

Je vindt er een bronzen beeld van de Romeinse god Mercurius.
bronzen-Romeinse-Mercurius
A
zww-eig-eig
B
bn-bn-zn
C
bn-eig-eig
D
bn-bn-eig

Slide 14 - Quiz

Hij was god van handel, reizigers en winst.
Hij-was-van
A
pers-zww-vz
B
pers-kop-vz
C
bez-zww-blw
D
per-kop-blw

Slide 15 - Quiz

Zijn naam is waarschijnlijk afgeleid van mercator.
Zijn-is-afgeleid
A
zww-hww-zww
B
bez-kop-zww
C
pers-hww-zww
D
bez-hww-zww

Slide 16 - Quiz

Wat dit woord betekent?
dit-woord-betekent
A
aan-zn-hww
B
aan-zn-zww
C
blw-zn-zww
D
blw-zww-zww

Slide 17 - Quiz

Dat betekent koopman.
Dat = aan
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

Kooplieden besprenkelden hun hoofd, schepen en koopwaar met water uit een heilige bron.
A
Er staan 4 zn in deze zin.
B
Er staan 5 zn in deze zin.
C
Er staan 6 zn in deze zin.
D
Er staan 7 zn in deze zin.

Slide 19 - Quiz

Ook smeekte men om de zegen van de god over de handel.
Hoeveel pers staan er in deze zin
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 20 - Quiz

Soms wordt Mercurius afgebeeld met een geldbuidel in zijn hand.
wordt-een-zijn
A
hww-blw-zww
B
hww-olw-bez
C
kop-olw-bez
D
hww-blw-bez

Slide 21 - Quiz

Tot slot: 
huiswerk 
maken opdr 1,2,3

Slide 22 - Slide