What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Oefenen leerstof arm en rijk
Arm en rijk
1 / 38
next
Slide 1:
Slide
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
38 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Arm en rijk
Slide 1 - Slide
De formele sector = alles wordt opgegeven bij de belastingdienst.
A
goed
B
fout
Slide 2 - Quiz
Wat hoort niet bij de formele sector
A
Je betaalt belasting
B
zwart werk
C
hogere lonen
D
beschermende wetten
Slide 3 - Quiz
Als je in de formele sector werkt, dan.....
A
Ben je schoenpoetser
B
Werk je niet-officeel
C
Betaal je belasting
D
Geen van allen
Slide 4 - Quiz
In perifere landen zijn er verhoudingsgewijs meer mensen werkzaam in de formele sector
A
ja
B
nee
Slide 5 - Quiz
Een ander woord voor scharreleconomie is:
A
Formele sector
B
Primaire sector
C
Tertiaire sector
D
Informele sector
Slide 6 - Quiz
De primaire sector is..?
A
De industrie
B
Dienstensector
C
Landbouwsector
D
Sector voor onderwijs
Slide 7 - Quiz
Een voorbeeld van een beroep in de secundaire sector is
A
Bloembollenteler
B
Bloemist
C
Verpakken van bloembollen in een fabriek
Slide 8 - Quiz
Wat was de oorzaak van deze afname in primaire sector?
A
De oogst mislukte
B
Minder mensen die konden werken
C
Mechanisering in de landbouw
D
Nederland werd rijker
Slide 9 - Quiz
Stelling: een kapper werkt in de tertaire sector en een boer in de secundaire sector
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quiz
Industrie is een onderdeel van de secundaire sector.
A
juist
B
onjuist
Slide 11 - Quiz
Wat is de secundaire sector?
A
Industrie
B
Diensten
C
Landbouw
D
Commerciële dienstverlening
Slide 12 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een welvaartziekte?
A
Obesitas
B
Polio
C
De pest
D
Aids
Slide 13 - Quiz
De armoedegrens ligt op:
A
1,50 per dag
B
1,25 per dag
C
2,- per dag
Slide 14 - Quiz
Armoedegrens
A
Het aantal salaris dat je verdient.
B
Grens waarbij je bepaalt wie arm is.
C
Het inkomen dat je minimaal nodig hebt om te kunnen leven.
D
analfabetisme
Slide 15 - Quiz
De tertiaire sector is..?
A
Industriesector
B
Dienstensector
C
Landbouwsector
D
Sector voor onderwijs
Slide 16 - Quiz
Als weinig mensen kunnen lezen en schrijven is de alfabetiseringsgraad....
A
Hoog
B
Laag
Slide 17 - Quiz
De alfabetiseringsgraad in Nederland is ...
A
Hoog
B
Laag
Slide 18 - Quiz
Twee beweringen:
1. Wereldwijd zijn vrouwen vaak lager opgeleid dan mannen
2. Goed onderwijs zorgt voor een verlaging van de alfabetiseringsgraad
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 2 is juist, 1 onjuist
Slide 19 - Quiz
Door de levensverwachting, de koopkracht en de alfabetiseringsgraad te meten, meet je
A
Welzijn
B
Welvaart
Slide 20 - Quiz
"In dit land kan 30% lezen en schrijven."
Dat betekent dus...
A
Een hoge alfabetiseringsgraad
B
Een lage alfabetiseringsgraad
Slide 21 - Quiz
Koopkracht:
A
Hoeveel geld je hebt
B
De hoeveelheid producten die je kunt kopen
C
Hoeveel spaargeld je hebt
Slide 22 - Quiz
Wat is een beroep uit de informele sector?
A
winkelverkoper
B
computerdeskundige
C
schoenpoetser
D
dokter
Slide 23 - Quiz
Wat is de informele sector?
A
piloten
B
bedrijf met veel vestigingen
C
onofficiële werkzaamheden
D
ict-werkers
Slide 24 - Quiz
Door een toenemende welvaart .......de wereldhandel.
A
stijgt
B
daalt
Slide 25 - Quiz
Hoe bereken je welvaart?
A
Het aantal inwoners : het welzijn
B
Het gemiddelde inkomen : het aantal inwoners van een land
C
Hoeveelheid geld in een land verdiend wordt : aantal inwoners
D
De oppervlakte van een gebied : het inkomen van mensen
Slide 26 - Quiz
De welvaart in dit land is...
A
Afgenomen
B
Gelijk gebleven
C
Toegenomen
Slide 27 - Quiz
Welvaart is:
A
Inkomen
B
Macht
C
Geluk
Slide 28 - Quiz
Wat is geen meetinstrument voor welzijn?
A
Levensverwachting
B
Alfabetiseringsgraad
C
Koopkracht
D
Het bnp
Slide 29 - Quiz
Hoe gezonder mensen zijn, hoe ... hun welzijn
A
Hoger
B
Lager
Slide 30 - Quiz
Wat hoort niet bij welzijn?
A
Onderwijs
B
Gezondheidszorg
C
Aantal auto's per 1000 inwoners
D
Levensverwachting
Slide 31 - Quiz
Mainport, welke 2 mainports ken je?
A
Schiphol Airport
B
Utrecht Centraal
C
Amsterdam Centraal
D
Haven van Rotterdam
Slide 32 - Quiz
Een mainport is
A
Haven of vliegveld dat belangrijk is in het internationale vervoer
B
Bedrijven die in veel landen een fabriek of kantoor hebben
C
Haven dat goede contacten heeft met andere havens
D
Bedrijven die heel veel klanten hebben
Slide 33 - Quiz
Welke mainport in Nederland is het grootst?
A
Haven van Rotterdam
B
Schiphol
C
Haven van Amsterdam
D
Airport Eindhoven
Slide 34 - Quiz
Nederland is .... lagelonenland.
A
wel een
B
geen
Slide 35 - Quiz
Wat zijn lagelonenlanden?
A
Nederland, Amerika, Frankrijk
B
België, India, Brazilië
C
India, Bangladesh, China
D
Pakistan, Rusland, Zuid-Afrika
Slide 36 - Quiz
6
Slide 37 - Video
Aan de slag
Opdrachten in de Portal
Missie
Slide 38 - Slide
More lessons like this
Oefenen leerstof arm en rijk
September 2022
- Lesson with
31 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
Oefenen leerstof arm en rijk
July 2021
- Lesson with
25 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
4.2 Welzijn
June 2024
- Lesson with
27 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Meneer Aardrijkskunde
May 2024
- Lesson with
26 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
AK 1A H4 Arm en Rijk
June 2020
- Lesson with
49 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
De brug 1 arm en rijk in de wereld
September 2024
- Lesson with
26 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
Oefentoets H4 Arm en Rijk
July 2022
- Lesson with
26 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
hoofdstuk 4 een wereld van verschil
February 2024
- Lesson with
23 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1