K.A. 36. Politiek-maatschappelijke stromingen

Kenmerkend aspect 36:

De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen nationalisme, liberalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme

1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Kenmerkend aspect 36:

De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen nationalisme, liberalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme

Slide 1 - Slide

Deze les:
+ Video Napoleon
+ intro Tijdvak 8   15 min
+Opdracht politieke stromingen 45 min

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Slide

Deze les:
+ Opdracht Politieke Stromingen
+ testen opdracht
+ quiz SE2

Slide 5 - Slide

Tijd van burgers & stoommachines

Slide 6 - Mind map

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide


A
liberalisme
B
socialisme
C
confessionalisme
D
nationalisme

Slide 10 - Quiz

Bij welke politieke stroming past deze uitspraak?:
"Meer vrije marktwerking, meer zelf beslissen, de overheid moet zich niet bemoeien met de economie.''
A
socialisme
B
communisme
C
conservatisme
D
liberalisme

Slide 11 - Quiz


A
De maker van deze bron is een voorstander van het kapitalisme
B
De maker van deze bron is een tegenstander van het kapitalisme

Slide 12 - Quiz


A
confessionalisme
B
communisme
C
liberalisme
D
socialisme

Slide 13 - Quiz

Bij welke stroming past de uitspraak:
Proletariërs aller landen, verenigt u!

A
nationalisme
B
feminisme
C
communisme
D
liberalisme

Slide 14 - Quiz

Bij welk isme past deze uitspraak?:
'Vernieuwing is verloedering'
A
conservatisme
B
confessionalisme
C
nationalisme
D
socialisme

Slide 15 - Quiz

Welk isme hoort hierbij?
A
conservatisme
B
nationalisme
C
confessionalisme
D
socialisme

Slide 16 - Quiz

Welk isme?
A
feminisme
B
liberalisme
C
communisme
D
confessionalisme

Slide 17 - Quiz

Bij welke politieke stroming hoort de uitspraak: 'Het ware politieke woord schuilt in de bijbel.'?
A
conservatisme
B
liberalisme
C
nationalisme
D
confessionalisme

Slide 18 - Quiz

Welk isme?
"Het arbeidersvolk is waar een land op steunt, geef hen daarom meer recht!"
A
conservatisme
B
liberalisme
C
socialisme
D
nationalisme

Slide 19 - Quiz

Vragen?
Maken WWW

Slide 20 - Slide