Basisstof wervelkolom

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Welkom bij biologie!

Welkom bij biologie!

Planning

Welkom

herhalen

Leerdoelen

Thema 4 basisstof 6

Aan de slag! 

Afsluiting

 Sleep de goede woorden naar elkaar

Bekken

Borstkas

Schoudergordel

Heupbeenderen en heiligbeen

Ribben en borstbeen

Schouderblad en sleutelbeen

Knie

Dijbeen

Scheenbeen

Teenkootjes

Een bot bestaat vooral uit 

En is daarom 

Kraakbeen bestaat vooral uit

En is daarom

Flexibel

Stevig

Lijmstof

Kalk

1

Biceps

2

Kuitspier

3

Voorste dijspier

4

Buikspier

5

Rugspier

6

Triceps

7

Voorste scheenbeenspier

8

Achterste dijspier

Welke verbinding zit er tussen de wervels (botten) in de wervelkolom?

1. Naad
2. Vergroeiing
3. Kraakbeen
4. Scharnier

Hoe heet de plek waar de spier aan het bot vast zit?

1. Hiel
2. Aanhechtingsplaats
3. Pees

Hoe heten twee spieren met een tegenovergestelde werking?

1. Actiepaar
2. Biceps en triceps
3. Antagonistisch paar

Leerdoelen

Aan het einde van de les:

- kun je uitleggen wat een goede lichaamshouding is en waarom deze belangrijk is.

B5: De wervelkolom

• De wervelkolom heeft ruim 30 wervels
• 24 daarvan kunnen bewegen
• Heeft een dubbele-S-vorm
• Spieren aan de wervels houden de vorm in stand

B5: De wervelkolom

• De wervelkolom heeft ruim 30 wervels
• 24 daarvan kunnen bewegen
• Heeft een dubbele-S-vorm
• Spieren aan de wervels houden de vorm in stand

De wervelkolom veert dankzij:

• De dubbele-S-vorm
• De tussenwervelschijven (zie volgende dia)

B5: De wervelkolom

Tussen de wervels zit kraakbeen: tussenwervelschijven

Functie: schokbrekers en buigen mogelijk maken

B5: De wervelkolom

Bij een goede lichaamshouding is je rug recht en heeft je wervelkolom een dubbele-S-vorm

B5: De wervelkolom

Wil je geen bochel?

tilregels

1 Buk en til niet onnodig. 
2 Gebruik hulpmiddelen. 
3 Til niet te veel ineens. 
4 Zorg dat er niets in de weg staat als je gaat lopen. 
5 Sta steeds recht voor de last. 
6 Til nooit met gedraaide rug. 
7 Til met twee handen en houd de last zo dicht mogelijk bij je lichaam. 
8 Buig niet verder voorover dan noodzakelijk en gebruik ook je beenspieren. 
9 Til niet met gestrekte armen en niet hoger dan schouderhoogte. 
10 Luister naar je lichaam: neem signalen serieus. Je voelt zelf het best wat je rug wel en niet kan hebben.

Aan de slag!

Th 4 Bs 6

- Wat: Maak de opdrachten  1 tm 4

- Hoe: Individueel of samen

- Hulp: Het tekstboek, BVJ

- Tijd: 15 minuten

- Uitkomst: Opdrachten af

- Klaar?: Maak de samenhang en ga wat voor jezelf doen

https://biologiepagina.nl/Brugklasnieuw/Bewegen/Oefenenskelet/oefenenskelet.htm 

Waarom is het belangrijk dat kinderen een goede lichaamshouding aanleren?

Waarom is regelmatig bewegen goed voor de juiste lichaamshouding?

Welk deel van het skelet bepaalt de lichaamshouding?

1. Schedel
2. Benen
3. Bekkengordel
4. Wervelkolom

Leg uit waardoor je een bochel kunt krijgen als je lang en vaak voorovergebogen naar je telefoon kijkt.

Tillen doe je vooral met je ...?

1. armspieren
2. rugspieren
3. beenspieren
4. buikspieren

Zie afbeelding
Het kind wordt opgetild

1. Dat is een voorbeeld van goed tillen. De armen zijn gestrekt en het kind is op de juiste afstand van de moeder.
2. Dat is een voorbeeld van goed tillen. De armen zijn gestrekt en de houding van de rug is goed
3. Dit is geen goede manier van tillen
4. Dat is een voorbeeld van goed tillen. De benen en de rughouding van de moeder zijn goed.

Afsluiting: wat is belangrijk aan een goede lichaamshouding?

Leerdoelen

Aan het einde van de les:

- kun je uitleggen wat een goede lichaamshouding is en waarom deze belangrijk is.

Tot volgende week!