This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
§2.8 Bevolking in de toekomst
(deel 1)
Slide 1 - Slide
De zwarte pijl gaat over ....
A
Binnenlandse migratie
B
Buitenlandse migratie
Slide 2 - Quiz
De rode pijl gaat over ....
A
Binnenlandse migratie
B
Buitenlandse migratie
Slide 3 - Quiz
Bij welke opsomming staan alleen afstotingsfactoren?
A
gezondheidszorg, veiligheid, werkgelegenheid
B
droogte, oorlog, slecht betaald werk
C
werkloosheid, oorlog, vervolgstudie
D
slecht betaald werk, veiligheid, onderdrukking
Slide 4 - Quiz
Mensen met een Surinaamse of Indonesische achtergrond behoren in Nederland tot de grootste groepen migranten. Waarom zijn deze groepen in Duitsland bijna niet vertegenwoordigd ?
Slide 5 - Open question
Segregatie is.....
A
Grote rijke wijken
B
Een ander woord voor een krottenwijk
C
Werk waar je geen belasting over betaalt
D
Gescheiden leven in aparte wijken (rijk, arm, culturen)
Slide 6 - Quiz
Leerdoelen
Je kunt met leeftijdsdiagrammen en het transitiemodel uitspraken doen over de toekomstige bevolkingsgroei in Duitsland en Nederland
Slide 7 - Slide
Demografische transitie
Demografie = Studie die kijkt naar:
aantal inwoners van een land;
leeftijdsgroepen;
afkomst.
Demografische transitie = de verandering in geboorte- en sterftecijfers door ontwikkeling van een land.
Slide 8 - Slide
Het geboorte- en sterftecijfer sterk worden beïnvloedt door het welvaartsniveau van een land. Een stijgende welvaart leidt tot een dalend sterfte- en geboortecijfer.
Het Demografische Transitiemodel
Slide 9 - Slide
Fase 1
Fase 1:
Hoge geboortecijfers.
Hoge sterftecijfers.
Natuurlijke bevolkingsgroei: stabiel of langzame toename.
Fase 2
Fase 2:
Hoge geboortecijfers
Snel dalende sterftecijfers.
Natuurlijke bevolkingsgroei: hele snelle ..bevolkingstoename
Fase 3
Fase 3:
Snel dalende geboortecijfers.
Langzaam dalende sterftecijfers..
Natuurlijke bevolkingsgroei: groei wordt langzaam minder.
Fase 4
Fase 4:
Lage geboortecijfers.
Lage sterftecijfers.
Natuurlijke bevolkingsgroei: weinig of geen groei.
In de eerste fase van het demografische transitiemodel zijn zowel het geboorte- als het sterftecijfer erg hoog. Dit is ook te zien in deze bevolkingsdiagram, je ziet namelijk dat de voet van de pyramide, wat de mensen tussen 0 en de 15 jaar weer geeft, erg breedt is. Richting de top wordt hij al snel erg puntig. dit houdt in dat de bevolking vanaf 65 snel kleiner wordt. Deze vorm van de bevolkingsdiagram noemen ze ook wel een pyramide-vorm.
1
In de 2e fase van het model maakt het land de eerste economische groei door. Dit is ook duidelijk te zien aan de bevolkingsdiagram. Door de breede voet vertelt dat geboortecijfer nog steeds hoog is, maar er overlijden weinig mensen, het sterftecijfer is dalend. Dit is ook duidelijk te zien door dat de punt van de bevolkingsdiagram minder stijl wordt. Deze vorm van de bevolkingsdiagram noemen ze ook wel een pyramide-vorm.
2
In de 3e fase van het model neemt de welvaart verder toe, daardoor wordt de groei van de bevolking afgeremd. Je ziet aan de voet van de bevolkingsdigram dat de geboortecijfer daalt, want hij wordt minder breedt. Het sterftecijfer neemt door de toenemende welvaart ook af, dit zie je doordat de top niet meer punt heeft, maar meer rond wordt. Deze vorm van de bevolkingsdiagram noemen ze ook wel een granaat-vorm.
3
In deze fase kunnen vooral de rijke landen uit het centrum geplaatst worden. In de 4e fase is er een lage en vrij wel gelijke sterfte- en geboortecijfer. De bevolking neemt dan ook nauwelijks toe. De bevolkingsdiagram zal meer recht worden. In de toekomst zal het naar de 5e fase verschuiven, het geboortecijfer zal dalen en het sterftecijfer zal sterk gaan stijgen waardoor de bevolkingsgroei zal afnemen. Deze vorm van de bevolkingsdiagram noemen ze ook wel een urn-vorm
4/5
Piramide
Piramide
Granaat/
klok/ toren
Urn/ui
Slide 12 - Slide
Aan het werk
Lees "voorspellen van natuurlijke bevolkingsgroei" door! (blz. 92)
Check eerst of je alles begrijpt!
Maak §2.8 vraag 1 t/m 3
Slide 13 - Slide
§2.8 Bevolking in de toekomst
(deel 2)
Slide 14 - Slide
Welk onderdeel kun je niet aflezen in het demografisch transitiemodel?
A
Geboortecijfer
B
Sterftecijfer
C
Levensverwachting
D
Geboorteoverschot
Slide 15 - Quiz
Welke fase van het transitiemodel?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 16 - Quiz
Welke fase van het transitiemodel?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 17 - Quiz
Bevolking in de toekomst
In NL en Dl zullen in de toekomst de bevolkingsopbouw verder veranderen.
- vergrijzing
- ontgroening
Deze verandering kan je goed terug zien in
bevolkingspiramiden
leeftijdsdiagrammen
Slide 18 - Slide
Gevolgen
SOCIAAL
grotere groep mensen met een migratieachtergrond kan sociale gevolgen hebben.
ECONOMISCH
de groep werkenden wordt steeds kleiner, die betalen belastingen ed. Daardoor moeten we met ons allen langer doorwerken.
RUIMTELIJK
minder mensen dan ook minder voorzieningen, vooral in de dorpen.
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Aan het werk
Lees § 2.8 door! (blz. 92-93)
Check eerst of je alles begrijpt!
Maak §2.8 vraag 1 t/m 8
Slide 21 - Slide
Geboortecijfer
Sterftecijfer
Emigratie
Vestigingsoverschot
Immigratie
Sociale bevolkingsgroei
Migratie
vertrekoverschot
Geboorteoverschot
strefteoverschot
Natuurlijke bevolkingsgroei
Slide 22 - Drag question
Dit is Duitsland
Slide 23 - Drag question
Dit is voor Nederland.
Slide 24 - Drag question
Bevolkingsdiagrammen in transitie
In de eerste fase van het demografische transitiemodel zijn zowel het geboorte- als het sterftecijfer erg hoog. Dit is ook te zien in deze bevolkingsdiagram, je ziet namelijk dat de voet van de pyramide, wat de mensen tussen 0 en de 15 jaar weer geeft, erg breedt is. Richting de top wordt hij al snel erg puntig. dit houdt in dat de bevolking vanaf 65 snel kleiner wordt. Deze vorm van de bevolkingsdiagram noemen ze ook wel een pyramide-vorm.
1
In de 2e fase van het model maakt het land de eerste economische groei door. Dit is ook duidelijk te zien aan de bevolkingsdiagram. Door de breede voet vertelt dat geboortecijfer nog steeds hoog is, maar er overlijden weinig mensen, het sterftecijfer is dalend. Dit is ook duidelijk te zien door dat de punt van de bevolkingsdiagram minder stijl wordt. Deze vorm van de bevolkingsdiagram noemen ze ook wel een pyramide-vorm.
2
In de 3e fase van het model neemt de welvaart verder toe, daardoor wordt de groei van de bevolking afgeremd. Je ziet aan de voet van de bevolkingsdigram dat de geboortecijfer daalt, want hij wordt minder breedt. Het sterftecijfer neemt door de toenemende welvaart ook af, dit zie je doordat de top niet meer punt heeft, maar meer rond wordt. Deze vorm van de bevolkingsdiagram noemen ze ook wel een granaat-vorm.
3
In deze fase kunnen vooral de rijke landen uit het centrum geplaatst worden. In de 4e fase is er een lage en vrij wel gelijke sterfte- en geboortecijfer. De bevolking neemt dan ook nauwelijks toe. De bevolkingsdiagram zal meer recht worden. In de toekomst zal het naar de 5e fase verschuiven, het geboortecijfer zal dalen en het sterftecijfer zal sterk gaan stijgen waardoor de bevolkingsgroei zal afnemen. Deze vorm van de bevolkingsdiagram noemen ze ook wel een urn-vorm
4/5
Elke fase in het demografische transitiemodel heeft ook een eigen bevolkingsdiagram.