Stijlfiguren

Retoriek
Stijlfiguren
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Retoriek
Stijlfiguren

Slide 1 - Slide

Stijlfiguren
  • Maken een tekst of verhaal aantrekkelijker
  • Gebruik je om iets te benadrukken

Slide 2 - Slide

H1
anafor
herhaling,
tegenstelling,
opsomming

Dat idee van een gezamenlijke toekomst,
van een gemeenschappelijk idealisme,
van gedeeld optimisme.

Dat is wat elkaar zijn kwijtgeraakt
en dat is waar we naar verlagen.

Dat is waar we over strijden,
voor de Westrand, voor Nederland, 
maar bovenal voor ons allemaal.

(Uit een speech van Jesse Klaver)

Slide 3 - Slide

Herhaling
Een woord of woordgroep wordt herhaald

O als ik dood zal, dood zal zijn
Kom dan en fluister, fluister iets liefs

(uit "O, als ik dood zal, dood zal zijn van J.H. Leopold)

Slide 4 - Slide

Tegenstelling
Woorden, zinnen of tekstgedeelten zijn tegengesteld
Weet wie je echte vijand is en
weet ook wie je echte bondgenoot is.

(uit een speech van Jesse Klaver)

Slide 5 - Slide

Opsomming
Opsomming van namen, feiten of andere dingen

Er zijn 3 bijzondere gevallen:
  1.  de drieslag
  2.  de climax
  3.  de omgekeerde climax

Slide 6 - Slide

1. de drieslag
Opsomming van 3 woorden, 3 zinsdelen of 3 zinnen
Dat is waar we over strijden,
voor de Westrand, 
voor Nederland, 
maar bovenal voor ons allemaal.

(uit een speech van Jesse Klaver)


Slide 7 - Slide

0

Slide 8 - Video

'Bloed, zweet en tranen' - dit is een bijzondere opsomming. Wat voor een?

Slide 9 - Open question

Ik heb het goed gedaan, maar ook zo fout gedaan.
Als ik terugkijk in de tijd.

Welke stijlfiguur herken je hier?
A
herhaling
B
tegenstelling
C
opsomming

Slide 10 - Quiz

Een lach met tranen, zo voel ik mij vandaag.
Geproefd van het leven, zoveel vrienden ongekend.

Welke stijlfiguur herken je hier?
A
herhaling
B
tegenstelling
C
opsomming
D
paradox

Slide 11 - Quiz

Met bloed zweet en tranen, zei ik, rot hier nu maar op.
Met bloed zweet en tranen,
Zei ik vrienden, dag vrienden, de koek is op.

Welke stijlfiguur herken je hier vooral?
A
herhaling
B
tegenstelling
C
opsomming
D
anafoor

Slide 12 - Quiz

Koning, keizer, admiraal. Ik ken ze allemaal.
A
Tegenstelling
B
Drieslag
C
Herhaling
D
climax

Slide 13 - Quiz

Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder.
A
Tegenstelling
B
Opsomming
C
Herhaling

Slide 14 - Quiz

De hoogste kwaliteit voor de laagste prijs.
A
Drieslag
B
Tegenstelling
C
Herhaling

Slide 15 - Quiz

En nu alleen....
Welke stijlfiguren hoor je in de speech van Geert Wilders (2009) voorbijkomen?
Noteer in steekwoorden wat je hoort.
Bespreek in duo's of in trio's wat je hebt gehoord.
Huiswerk voor maandag 11 december:
Kijk naar de tekst van jullie
betoog en probeer enkele
stijlfiguren toe te passen.

Slide 16 - Slide