Hoofdstuk 3 breuken

Hoofdstuk 3 breuken
1 / 37
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 3 breuken

Slide 1 - Slide

Planning Les 1
1. Leerdoelen
2. Uitleg hoofdstuk 3.1 
3. Aan de slag met hoofdstuk 3.1 
4. Uitleg hoofdstuk 3.2
5. Aan de slag met hoofdstuk 3.2

Slide 2 - Slide

Hoofdstuk 3.1
Je kunt:
-  een breuk op de getallenlijn aflezen en aanwijzen.
- een breuk opstellen die bij een verhaaltje of een plaatje past.
- een breuk vereenvoudigen.
- een gemengde breuk op de getallenlijn aflezen en
aanwijzen.

Slide 3 - Slide

Je kunt een breuk opstellen die bij een verhaaltje of een plaatje past.
Bedenk in tweetallen een verhaal waar breuken in naar voren komen. 
timer
1:00

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Kun je 2 breuken verzinnen die even veel zijn?

Slide 6 - Slide

Je kunt een breuk vereenvoudigen.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Vereenvoudig de breuken en schrijf je antwoorden op een wisbordje. 

Slide 9 - Slide

Je kunt een breuk op de getallenlijn aflezen en aanwijzen.

Slide 10 - Slide

Schrijf de breuken op je wisbordje
1. 

2. 


3. 

Slide 11 - Slide

Aan de slag
1. Maak hoofdstuk 3.1 

 
timer
1:00

Slide 12 - Slide

Hoofdstuk 3.2
Je kunt:
- gelijknamige breuken bij elkaar optellen en van elkaar
aftrekken.
- breuken gelijknamig maken.
- ongelijknamige breuken bij elkaar optellen en van elkaar
aftrekken.

Slide 13 - Slide

Je kunt gelijknamige breuken bij elkaar optellen en van elkaar aftrekken.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Je kunt breuken gelijknamig maken.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Overleg in tweetallen

Slide 19 - Slide

Aan de slag
1. Maak hoofdstuk 3.1 
2. Maak hoofdstuk 3.2

 
timer
1:00

Slide 20 - Slide

Planning Les 2
1. Uitleg hoofdstuk 3.3
2. Aan de slag met hoofdstuk 3.3
3. Uitleg hoofdstuk 3.4
4. Aan de slag met hoofdstuk 3.4

Slide 21 - Slide

Hoofdstuk 3.3
- Je kunt een deel van een geheel uitrekenen.

 

Slide 22 - Slide




Teken de pizza op je wisbordje en laat zien hoe je aan het antwoord komt. 

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

In deze regenton past 160 liter water.
De regenton is voor 1/4 deel gevuld.
Hoeveel liter water zit er in de regenton?

Slide 26 - Slide

Wendy zwemt van de ene kant van het zwembad naar de andere kant. Ze zwemt 2/ 5 deel van de afstand onder water.

Hoeveel m zwemt Wendy onder water?

Slide 27 - Slide

Aan de slag
1. Maak hoofdstuk 3.1 
2. Maak hoofdstuk 3.2
3. Maak hoofdstuk 3.3


 
timer
1:00

Slide 28 - Slide

Hoofdstuk 3.4
Je kunt:
- een breuk omzetten naar een kommagetal.
- een kommagetal omzetten naar een breuk.

 

Slide 29 - Slide

Wat zijn kommagetallen?

Slide 30 - Mind map

1:2= 0,5
3:5= 0,6


Slide 31 - Slide

Welke kommagetallen en breuken horen bij elkaar?
A
0,50 = 1/4 deel
B
0,20 = 1/5 deel
C
0,10 = 1/2 deel
D
0,25 = 1/3 deel

Slide 32 - Quiz

Welke kommagetal hoort er bij de breuk: 1/4

Slide 33 - Open question

Welke kommagetal hoort er bij de breuk: 3/10

Slide 34 - Open question

Welke breuk hoort er bij de breuk: 0,75

Slide 35 - Open question

Welke breuk hoort er bij de breuk: 0,50

Slide 36 - Open question

Aan de slag
1. Maak hoofdstuk 3.1 
2. Maak hoofdstuk 3.2
3. Maak hoofdstuk 3.3
4. Maak hoofdstuk 3.4


 
timer
1:00

Slide 37 - Slide