chap 5 - H (grammaire)

plattegrond + telefoonnummers




Docent
1 / 17
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

plattegrond + telefoonnummers




Docent

Slide 1 - Slide

le jeudi 28 septembre 2023

Slide 2 - Slide

Le verbe VENIR (présent)
Je viens                     Ik kom
Tu viens                    Jij komt
Il/elle vient               Hij/zij komt
Nous venons          Wij komen
Vous venez              Jullie komen
Ils/elles viennent   Zij komen

Slide 3 - Slide

Vul de juiste vorm van 'venir' in.
Ils ...... tout de suite.
A
viennent
B
viens
C
vent
D
venons

Slide 4 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'venir' in.
Nous ..... manger chez vous.
A
venez
B
viens
C
venons
D
vient

Slide 5 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'venir' in.
Tu ..... en retard!
A
vient
B
venez
C
viens
D
venons

Slide 6 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'venir' in.
Elle ..... à vélo.

Slide 7 - Open question

Vul de juiste vorm van 'venir' in.
Je ..... jouer au foot.

Slide 8 - Open question

Vul de juiste vorm van 'venir' in de passé composé
Elle ...... toute seule.
A
es venue
B
a venu
C
est venue
D
sont venue

Slide 9 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'venir' in de passé composé
Nous ..... en voiture
A
sommes venus
B
sont venu(e)s
C
sommes venu(e)s
D
ont venus

Slide 10 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'venir' in de passé composé
Tu ..... à la fête du collège?
A
as venu(e)
B
es venu(e)
C
suis venu
D
est venu(e)

Slide 11 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'venir' in passé composé. Ils ..... en vacances.

Slide 12 - Open question

Vul de juiste vorm van 'venir' in de passé composé. Je ..... tout seul(e).

Slide 13 - Open question

au boulot
faire                 exercices 29abc, 30abcde, 32ab
                           vocabulaire opdrachten bij ABF *(stencils) 
                                
                   
corriger        alles van chap 5 (antwoordboekje)

extra  vocabulaire oefeningen: exercices 6ab, 10ab












Slide 14 - Slide

Jeu  -   30 secondes
- Twee teams tegen elkaar
- kaartjes met 5 Franse woorden uit chap 5 - voca E + F
- 1 leerling uit eerste team begint en beschrijft in 30 seconden
   (in het Nederlands)  z.v.m. woorden van het kaartje.
- De rest van het team raadt welk woord beschreven wordt en
   zegt dat in het Frans.
- Ieder goed geraden woord levert een punt op voor het team.

Slide 15 - Slide

Jeu  -   30 secondes - exemple
1) Je smeert het op je brood voordat je er ander beleg op doet.
    --> le beurre
2) Je eet er soep mee.
     --> la cuillère
3) Als je iets wilt bestellen in een restaurant kijk je eerst op de....
     --> la carte

Slide 16 - Slide

groepsindeling

Slide 17 - Slide