Logistiek en Retail: Beheer van de Goederenstroom

Logistiek en Retail: Beheer van de Goederenstroom

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je uitleggen wat de goederenstroom in de retail inhoudt en de belangrijkste aspecten van retaillogistiek benoemen.

Wat weet je al over de goederenstroom in de retail?

De Goederenstroom en Logistiek

De goederenstroom begint bij de oerproducent en eindigt bij de verkoop aan de consument. Logistiek omvat de organisatie van deze goederenstroom.

Dervingspreventieplan

Retailspecialisten en -managers hebben als taak criminele en niet-criminele derving te voorkomen. Bedrijven hebben daarom vaak een dervingspreventieplan.

Informatiesysteem in Goederenstroom

Het besturen van de goederenstroom is onmogelijk zonder inzet van een informatiesysteem. Dit systeem bevat belangrijke informatie over de goederenstroom.

Interne en Externe Goederenstroom

Retaillogistiek kan worden verdeeld in interne en externe goederenstromen. Retailspecialisten zijn verantwoordelijk voor de interne goederenstroom, inclusief voorraadbeheer en retourgoederen.

Distributiecentrum

Een distributiecentrum is een centraal magazijn waar goederen tijdelijk worden opgeslagen voordat ze naar verschillende winkels worden verdeeld.

Inkoop en Bestellingen

Grote bedrijven hebben een inkoopafdeling die overeenkomsten sluit met leveranciers. Bij het bestellen van goederen is de hoeveelheid en het moment van levering belangrijk.

Duurzaamheid in de Retail

Duurzaamheid is belangrijk in de retail vanwege overheidsvereisten en consumentenbewustzijn. Evenwicht in planet, profit en people is nodig voor een welvarende toekomst.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.