2H- 1 - cursus 7 - les 1 - spellingsregels ww herhaling

Welkom!
Nederlands

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Welkom!
Nederlands

Slide 1 - Slide

- Welkom 
- spelling cursus 7 spelling paragraaf 9 bespreken
- Spelling op de laptop maken herhaling 1HV

Doel:

- Je weet schrijft persoonsvorm en voltooid deelwoord juist in enkelvoudige en samengestelde zinnen. 
- Je gebruikt hoofdletters en leestekens juist

Vandaag in de les:

Slide 2 - Slide

Stillezen
timer
10:00
Leg je boeken op tafel neer - je mag ook aan je literatuuropdracht werken

Slide 3 - Slide

Hij hoord graag van jou of er echt iets is gebeurt
Spelling - werkwoorden

Slide 4 - Slide

Hij hoord graag van jou of er echt iets is gebeurt

Spelling - werkwoorden

Slide 5 - Slide

Hij hoord graag van jou of er echt iets is gebeurt


Hij hoort graag van jou of er echt iets is gebeurd


Spelling - werkwoorden

Slide 6 - Slide

Hij hoord graag van jou of je naar zijn feestje komen. 


Hij hoort graag van jou of er echt iets is gebeurd




Spelling - werkwoorden
Persoonsvorm
Persoonsvorm
Voltooid deelwoord

Slide 7 - Slide

Stappenplan werkwoorden juist schrijven:

1. Bepaal de persoonvorm(en)
 - zet hiervoor de zin in een andere tijd/ verander hoeveelheid (geen vraagzin!)

2. Bepaal de overige werkwoorden

3. Bepaal voor de persoonsvorm of het EV/MV of TT/VT is. 

4. Schrijf de overige werkwoorden juist - het PV is de enige die zich aan de zin aanpast

Let op, soms is een zin samengesteld. Er zijn dan meerder persoonsvormen!
Spelling - werkwoorden

Slide 8 - Slide

Regels persoonsvorm


Spelling - werkwoorden
tegenwoordige tijd
Lopen
Gebeuren
Verhuizen
Ik (stam)
1e persoon ev

(- en + o uitspraak)

(-en)

(-en + z -> s)
Hij (zij/het)
2e persoon ev

(stam +t)

(stam + t)

(stam + t)
Wij/ jullie
2e persoon MV

hele werkwoord

(hele ww)

(hele ww)

Slide 9 - Slide

Regels persoonsvorm


Spelling - werkwoorden
tegenwoordige tijd
Lopen
Gebeuren
Verhuizen
Ik (stam)
1e persoon ev
Loop 
(- en + o uitspraak)
gebeur
(-en)
verhuis
(-en + z -> s)
Hij (zij/het)
2e persoon ev
Loopt 
(stam +t)
gebeurt
(stam + t)
verhuist
(stam + t)
Wij/ jullie
2e persoon MV
Lopen
hele werkwoord
gebeuren 
(hele ww)
verhuizen
(hele)

Slide 10 - Slide

Regels persoonsvorm


Spelling - werkwoorden
Verleden tijd
Lopen
sterk
Gebeuren
zwak
Verhuizen
zwak
Ik (stam)
1e persoon ev
liep
gebeurde
verhuisde
Hij (zij/het)
2e persoon ev
liep
gebeurde
verhuisde
Wij/ jullie
2e persoon MV
liepen
gebeurden
verhuisden

Slide 11 - Slide

Regels persoonsvorm












Gebeurde = 't sexy fokschaapje
De R zit niet in 't sexy fokschaapje (= dus zachte klank), dus een D (ook zachte klank)


Spelling - werkwoorden
Verleden tijd
Lopen
sterk
Gebeuren
zwak
Verhuizen
zwak
Ik (stam)
1e persoon ev
liep
gebeurde
(stam + de)
verhuisde
(stam + de)
Hij (zij/het)
2e persoon ev
liep
gebeurde
(stam + de)
verhuisde
(stam + de)
Wij/ jullie
2e persoon MV
liepen
gebeurden
(stam + den)
verhuisden
(stam + de)

Slide 12 - Slide

Regels persoonsvorm













Let op sterke werkwoorden eindigen in VD altijd op -en



Spelling - werkwoorden
Verleden tijd
Lopen
sterk
Gebeuren
zwak
Verhuizen
zwak
Ik (stam)
1e persoon ev
liep
gebeurde
(stam + de)
verhuisde
(stam + de)
Hij (zij/het)
2e persoon ev
liep
gebeurde
(stam + de)
verhuisde
(stam + de)
Wij/ jullie
2e persoon MV
liepen
gebeurden
(stam + den)
verhuisden
(stam + de)
voltooid deelwoord
heb gelopen
is gebeurd
zijn verhuisd

Slide 13 - Slide

Regels persoonsvorm













Zie het verschil tussen pvtt gebeurt en vd gebeurd  en pvtt verhuist en vd verhuisd
Spelling - werkwoorden
tegenwoordige tijd
Lopen
Gebeuren
Verhuizen
Ik (stam)
1e persoon ev
Loop 
(- en + o uitspraak)
gebeur
(-en)
verhuis
(-en + z -> s)
Hij (zij/het)
2e persoon ev
Loopt 
(stam +t)
gebeurt
(stam + t)
verhuist
(stam + t)
Wij/ jullie
2e persoon MV
Lopen
hele werkwoord
gebeuren 
(hele ww)
verhuizen
(hele)
Voltooid deelwoord
heb gelopen
is gebeurd
is verhuisd

Slide 14 - Slide

Regels persoonsvorm - Engelse werkwoorden



Spelling - werkwoorden
boarden
scrollen
daten
Ik tt (stam)
1e persoon ev
board
(- en)
scrol
(-en + -l)
date
(-e - een dat is niets)
Enkelvoud vt
boardde
scrolde
datete
Hij (zij/het)
2e persoon ev
boardt
(stam +t)
scrolt
(stam + t)
datet
(stam + t)
Wij/ jullie
2e persoon MV
boarden
hele werkwoord
scrollen
(hele ww)
daten
(hele ww)
Meervoud VT
boardden
scrolden
dateten
Voltooid deelwoord
heb geboard
heb gescrold
heb gedatet 

Slide 15 - Slide

H27 - Werkwoordspelling




Bespreken

Slide 16 - Slide

H27 - Werkwoordspelling

Wat ga je maken:
- Opdracht cursus 7 spelling 
                      Paragraaf 9 herhaling

Wanneer maak je dit:
- Deze les, anders huiswerk maandag

Vind je dit moeilijk?
gespeld.nl is een leuke oefensite! 


Aan de slag:

Slide 17 - Slide