Een zin kan
enkelvoudig (één persoonsvorm) of
samengesteld (meerdere persoonsvormen) zijn. Als een zin samengesteld is, kan deze bestaan uit
hoofdzinnen of een
hoofdzin en een bijzin.Hoe herken je een hoofdzin? De pv en het ow staan naast elkaar (er kan niets tussen).
Voorbeeld: Als ik nieuwe schoenen koop, wil ik ze meteen aan.
Hoe herken je een bijzin? Je kunt nog iets tussen het ow en de pv zetten.
Voorbeeld: Toen ik thuis kwam, stond mijn boze moeder me op te wachten.