P12 - Les 12 - Leukemie , HL/NHL

Periode 12
Les 12
Leukemie
HL en NHL
1 / 35
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Periode 12
Les 12
Leukemie
HL en NHL

Slide 1 - Slide

Oncologie
Huiswerk bespreken
Leukemie
Hodgkin Lymfoom (HL) en Non-Hodgkin Lymfoom (NHL)

Slide 2 - Slide

A. Curatieve behandeling
B. Adjuvante behandeling
C. Neoadjuvante behandeling
D. Palliatieve behandeling
E. Proefexcisie
F. Biopsie
G. Punctie
H. Vriescoupes
I. Radicale excisie
timer
0:10

Slide 3 - Slide

Leukemie 

Slide 4 - Slide

Leukemie

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Slide

1: inductiefase
2:consolidatiefase
3: onderhoudsfase

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Behandeling leukemie
  • Antibiotica
  • Bloedtransfusies
  • Chemotherapie IV of oraal
  • Bestraling
  • Stamceltransplantatie 
  • Immunotherapie

Slide 14 - Slide

Acute leukemie komt vaak voor bij volwassenen?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Wat is kenmerkend voor leukemie?

A
Groot tekort aan witte bloedlichaampjes
B
Sterk vergroot aantal witte bloedlichaampjes
C
Sterk vergroot aantal rode bloedlichaampjes
D
Sterk vergroot aantal bloedplaatjes

Slide 16 - Quiz

Bij leukemie worden te veel witte bloedcellen aangemaakt en te weinig rode bloedcellen en bloedplaatjes.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Lymfomen
2 hoofdgroepen:

  1. De Non-Hodgkinlymfomen
  2. De Hodgkinlymfomen.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Non Hodgkin
Wel 50 verschillende sub-soorten
De onderverdeling van de non- Hodgkinlymfomen wordt gemaakt op basis van:
  • De snelheid van de ontwikkeling (snel is een agressieve lymfoom).
  • het type lymfocyt (B (80/85%)/ T-cel- lymfoom of lymfoom van een voorlopercel van een B of een T cel).

Slide 21 - Slide

Symptomen
  • Meestal ontstaat het in een lymfeklier of beenmerg.
  • Beginstadium meestal geen symptomen.
Verder symptomen als bij Hodgkin.
  • Afhankelijk van organen die zijn aangedaan: ongemak in buik (vergote milt of lever), benauwdheid, verwardheid, klachten in de keel of de neus.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Diagnostiek en stadia
Zelfde als bij Hodgkin.

Behandeling is afhankelijk van:
Stadium van de ziekte;
type non Hodgkin;
locatie van het lymfoom
algehele conditie patiënt (risico)
Agressief lymfoom reageert vaak beter op de behandeling

Slide 25 - Slide








  1. Eén lymfekliergroep is aangetast
  2. Twee aangrenzende lymfeklierstations zijn aangetast
  3. Lymfekliergroepen zijn aangedaan aan beide kanten van het diafragma
  4. Behalve lymfekliergroepen zijn ook andere organen zoals lever en beenmerg aangedaan.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Behandeling + zorg non-hodgkin
  • Immunotherapie, chemotherapie, bestraling, stamceltransplantatie
  • Onderzoeken: CT scan, beenmergpunctie, echo's, MRI, thoraxfoto's en puncties
Aandachtspunten zorg:
Rust, goede voeding
Hygiëne ivm transpireren en verminderde weerstand
Begeleiding van zorgvrager +  naasten
Kans op recidief na remissie is groot

Slide 29 - Slide

Hodgkin lymfoom
  • Lymfeklierkanker waarbij 1 type lymfeklier abnormale celgroei vertoont. 
  • Bij jongeren tussen de 15 - 35 jaar
  • 15% van de lymfomen
  • Kans op recidief na remissie is groot

Slide 30 - Slide

Symptomen Hodgkin
  • Meestal jongvolwassen patiënt (15-35)
  • Pijnloos vergrote lymfklier, meestal nek/bij het sleutelbeen (bij 70%)
  • Onverklaard gewichtsverlies
  • Nachtzweten, badend in het zweet wakker worden (B-symptomen)
  • Gegeneraliseerde jeuk (zeldzaam)

Slide 31 - Slide

Hodgkinlymfoom 
  • oorzaak onbekend
  • Begin meestal lymfeklier boven diafragma.
  • lymfatische metastasering
  • hematogene metastasering in vergevorderd stadium. 
  • Reed-Sternbergcellen (grote afwijkende B- cellen) onderscheidt het zich daarmee van de Non-Hodgkinlymfoom.

Slide 32 - Slide

behandeling
  • Bepaald door het stadium van het Hodgkinlymfoom.
  • Het stadium geeft de uitgebreidheid van het hodgkinlymfoom weer. 
  • Er zijn 4 stadia. 

Aanvullende onderzoeken:
PET-CT-scan, lymfe-biopt en beenmergonderzoek.

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Behandeling bij hodgkin lymfoom
Curatieve behandeling afhankelijk van stadium ziekte
  • Radiotherapie
  • Immunotherapie
  • Chemotherapie 
Stadium 1 + 2: 90% overlevingskans
Stadium 3 +4: 80% overlevingskans
Bij geen genezing is behandeling > palliatieve behandeling

Slide 35 - Slide