T4 overzicht toetsinhoud (leerdoel 2 en 3)

Bienvenue!
à la classe de français



1 / 21
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bienvenue!
à la classe de français



Slide 1 - Slide

leerdoelen
Voor de repetitie kan ik:

2a. vocabulaire/phrases-clés: ik kan woorden die te maken hebben met reizen correct vertalen (FN en NF) (GL 9ABEFG)

2b vocabulaire/phrases-clés: ik kan zinnen die te maken hebben met reizen gebruiken (NF) (GL 9 DI)

3b. grammatica: ik kan de regelmatige ww -er, -ir en -re vervoegen in de présent (Learnbeat + GL 9C)

3d. grammatica: ik kan dingen in het Frans met elkaar vergelijken (Learnbeat + GL 9H)
 

Dus ... maken + leren:
  • GL 9ABCDEFGHI (oefen mbv slim stampen en verbuga!)
  • Learnbeat doel 2ab, 3bd
  • aantekeningen
  • oefentoets

Slide 2 - Slide

Keuze:
1. Ga zelfstandig (= alleen, zonder praten) aan het werk met het leren voor de toets
of
2. Check klassikaal welke doelen je wel/ niet beheerst

Slide 3 - Slide

doel 2a
vocabulaire/phrases-clés: ik kan woorden die te maken hebben met reizen correct vertalen (FN en NF)

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Doel 2a.
Ik kan vocabulaire/phrases-clés: ik kan woorden die te maken hebben met reizen correct vertalen (FN en NF)

Slide 6 - Poll

doel 2b
vocabulaire/phrases-clés: ik kan zinnen die te maken hebben met reizen gebruiken (NF)

Slide 7 - Slide

Je hebt een kamer gezien in een leuk hotel en je wilt reserveren. Schrijf een mail van 30 tot 35 woorden. Maak hele zinnen en verwerk de volgende zaken (vink de zaken af zodra je ze verwerkt hebt) [8p]
- het aantal kamers
- voor hoeveel personen
- de periode dat je wilt komen
- op welke naam
- Begin je mail met een aanhef en sluit beleefd af.
Gebruik phrases clés 9D en I

Slide 8 - Open question

Doel 2b
vocabulaire/phrases-clés: ik kan zinnen die te maken hebben met reizen gebruiken (NF)

Slide 9 - Poll

doel 3b
grammatica: Ik kan de werkwoorden op -er, -ir en -re 
correct gebruiken in de présent

Slide 10 - Slide

comp.verbos.eu

  • log in met code: Frans!!!; wachtwoord pg5p7z
  • Gebruik je groepsnaam + een getal (verdeel binnen de groep) Bijv. La France 1; Le Madagascar 3
  • Hoe meer van jouw groep in de top 10 staan, hoe meer punten

Slide 11 - Slide


regarder (je)
A
regarde
B
regardes
C
regard
D
regardt

Slide 12 - Quiz


Finir (nous)
A
nous finons
B
nous finez
C
nous finissons
D
nous finissent

Slide 13 - Quiz


Répondre (il)
A
il réponde
B
il réponds
C
il répond
D
il répondt

Slide 14 - Quiz

Doel 3b
Ik kan de werkwoorden op -er, -ir en -re
correct gebruiken in de présent

Slide 15 - Poll

doel 3d
grammatica: ik kan dingen in het Frans met elkaar vergelijken

Slide 16 - Slide


Mon oncle est
(sportiever dan) _____________ mon père.
A
sportifer
B
plus sportif que
C
moins sportif
D
aussi sportif que

Slide 17 - Quiz


Ma mère est (de kleinste) ________ de la famille.
A
plus petit que
B
le plus petit
C
la plus petite
D
plus petite que

Slide 18 - Quiz

Doel 3d
grammatica: ik kan dingen in het Frans met elkaar vergelijken

Slide 19 - Poll

leerdoelen
Voor de repetitie kan ik:

2a. vocabulaire/phrases-clés: ik kan woorden die te maken hebben met reizen correct vertalen (FN en NF) (GL 9ABEFG)

2b vocabulaire/phrases-clés: ik kan zinnen die te maken hebben met reizen gebruiken (NF) (GL 9 DI)

3b. grammatica: ik kan de regelmatige ww -er, -ir en -re vervoegen in de présent (Learnbeat + GL 9C)

3d. grammatica: ik kan dingen in het Frans met elkaar vergelijken (Learnbeat + GL 9H)
 

Dus ... maken + leren:
  • GL 9ABCDEFGHI (oefen mbv slim stampen en verbuga!)
  • Learnbeat doel 2ab, 3bd
  • aantekeningen
  • oefentoets

Slide 20 - Slide

Au revoir tout le monde



et à bientôt!

Slide 21 - Slide