V1 H10 Oppervlakte en inhoud

H10 Oppervlakte en inhoud
1 / 38
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H10 Oppervlakte en inhoud

Slide 1 - Slide

voorkennis
lengtematen omrekenen
km, hm, dam, m, dm, cm, mm.

schaalrekenen
1:50000 (1 cm is in werkelijkheid 50000 cm)
of in het echt is het 50000 x zo groot.

Slide 2 - Slide

Instructie: omrekenen lengtematen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Schaal
1                    :                 20
cm in de tekening
cm in de werkelijkheid

Slide 5 - Slide

Schaal

1 : 55

"De afstand is in de tekening 55 keer zo klein als in werkelijkheid."

1 cm op de tekening = 55 cm in werkelijkheid

Slide 6 - Slide

Schaal

4 : 1

"De afstand in de tekening 4 keer zo groot als in de werkelijkheid."

4 cm op de tekening = 1 cm in werkelijkheid

Slide 7 - Slide

paragraaf 11.1
omtrek en oppervlakte

Je kunt de omtrek en oppervlakte van rechthoekige figuren vinden.
Je kunt een vuistregel gebruiken bij het schatten van afmetingen

Slide 8 - Slide

11.1 Omtrek
Omtrek = de lengte van de rand. 

LET OP: zijn alle zijden bekend?
Reken ze eerst uit door goed naar 
de overkant van de figuur te kijken.



LET OP: Staan alle lengtes in dezelfde maat? (bijv. cm)

Slide 9 - Slide

Vuistregels

Slide 10 - Slide

Vuistregels

Slide 11 - Slide


omtrek
A
38
B
34,5
C
40
D
32,5

Slide 12 - Quiz


De omtrek is
A
3+1+4+2+1 = 12 cm
B
3+1+4+2+6+1+1=18 cm
C
3+1+4+2+6+2+1+1=20 cm
D
3+1+4+2+6+2+2+1+1= 22 cm

Slide 13 - Quiz


De omtrek is 
A
360 meter
B
320 meter
C
300 meter
D
280 meter

Slide 14 - Quiz


Wat is de omtrek?

A
76 dm
B
95 dm
C
114 dm
D
133 dm

Slide 15 - Quiz

paragraaf 11.2
oppervlakte berekenen

Je kunt de oppervlakte van een rechthoek berekenen.
Je kunt met oppervlaktematen rekenen.

Slide 16 - Slide

Oppervlakte rechthoek
= lengte x breedte
= 3 x 5 = 15 

Omtrek rechthoek = 
lengte van de zijden bij elkaar
= 3 + 3 + 5 + 5 = 16 cm
cm2

Slide 17 - Slide

oppervlakte rechthoekige figuren

Slide 18 - Slide

 Omrekenen oppervlakte-maten

Slide 19 - Slide

Oppervlakte maten

Slide 20 - Drag question

Wat
is de
oppervlakte?
A
35
B
300
C
60
D
70

Slide 21 - Quiz

Wat is de oppervlakte?
A
30
B
24
C
36
D
geen idee

Slide 22 - Quiz

Zelfstandig aan de slag
  • Bekijk de voorkennis. Welke onderdelen vind je moeilijk? Maak daar vragen over!
  • Maak paragraaf 10.1 + 10.2 
  • Kijk de vragen na!

Laat eventueel je manier van werken door mij controleren.

Slide 23 - Slide

paragraaf 11.3
 inlijsten

Je kunt de oppervlakte van een figuur op roosterpapier met inlijsten berekenen.

Slide 24 - Slide

Inlijsten
Hoe bereken je de oppervlakte van een driehoek op een rooster?

1.  Lijst de driehoek in door een rechthoek te maken
2. Bereken de oppervlakte en deel het door 2.

Slide 25 - Slide

Inlijsten:

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

opgave:
Bereken de oppervlakte van figuur PQRS door inlijsten.
  1. Teken een rechthoek direct om het figuur  heen; dat heet inlijsten
  2.  Bereken de totale oppervlakte van de rechthoek
  3.  Bereken de oppervlakte van de driehoeken die teveel zijn
  4. Haal van het totaal de oppervlakte van de reststukken af.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

paragraaf 11.4
inhoud

Je kunt de inhoud van een balkvormige figuur berekenen

Slide 30 - Slide

11.4 Inhoud berekenen

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

paragraaf 11.5
inhoudsmaten

Je kunt rekenen met verschillende inhoudsmaten

Slide 33 - Slide

gebruik dit schema voor omrekenen

Slide 34 - Slide

aanpak inhoud bereken 

Slide 35 - Slide

kijk na!
Gebruik een andere kleur pen om na te kijken.

Begrijp je het nog niet, stel een vraag in de livestream.

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide