borstkanker

Terugblik
                                                Hoe was jullie vakantie?

1 / 46
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

Terugblik
                                                Hoe was jullie vakantie?

Slide 1 - Slide

Bevolkingsonderzoek vanaf 55-75 jaar, elke 2 jaar - d.m.v. ontlasting onderzoek

Vanaf 60 - beweging - roken - poliepen - alcoholische dranken 
Borstkanker / mammacarcinoom

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les weet je:
* welke goedaardige aandoeningen er zijn
* wat borstkankeronderzoek inhoudt
* op welke plek borstkanker ontstaat
* welke risicofactoren er zijn
* welke typen borstkanker er zijn
* welke onderzoeken en behandelingen er mogelijk zijn

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Goedaardige aandoeningen borst
Mastopathie (verzamelnaam goedaardige aandoeningen)
Cysten (holte gevuld met vocht)
Fibroadenomen (combinatie van klier- en bindweefsel.)
Lipomen (vetbultjes of vetgezwellen )
papillomen (goedaardige tumoren)
Borstontsteking en abcessen
Gynaecomastie 



Slide 6 - Slide

Bij mastopathie heeft u borstklachten zonder ernstige oorzaak.
U heeft pijnlijke en gespannen borsten.
Uw borsten kunnen hard zijn en u kunt knobbels voelen.
Er kan vocht uit uw tepels komen.
De klachten zijn vaak het ergst vlak voor u ongesteld wordt.

Gynaecomastie is borstvorming bij mannen. 

Een goedaardige knobbel in de borst die meestal voorkomt bij jonge vrouwen tussen de 15 en 35 jaar. De knobbel zal stevig zijn, voelt glad aan en beweegt onder de huid

Een cyste is een holte die wordt beschermd door een wand van cellen of bindweefsel. De holte is gevuld met lucht, vocht of semi-vast materiaal

Wat weet jij over borstkanker?

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

Bevolkingsonderzoek
  • Alle vrouwen van 50 tot en met 75 jaar krijgen iedere 2-3 jaar een uitnodiging
  • In Nederland krijgt 1 op de 7 vrouwen borstkanker.
  •  Borstkanker zo vroeg mogelijk te ontdekken.
  • Kans op een succesvolle behandeling is groter.
  • In 2020 6.362 gevallen van borstkanker opgespoord.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Waar kan je op letten bij een zelfonderzoek?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

risicofactoren
Duidelijk aanwijsbare oorzaken van borstkanker zijn nog niet aan te geven .
Vrouwen van 50 jaar en ouder in Westerse landen.
Ongeveer 5 tot 10% door een erfelijke aanleg (BRCA)
Vrouwelijke geslachtshormonen spelen een zeer belangrijke rol bij het ontstaan van borstkanker.
De vrouwelijke geslachtshormonen oestrogeen en progesteron beïnvloeden de ontwikkeling van borstkanker

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Vrouwen die de anticonceptiepil gebruiken hebben een verhoogde kans op borstkanker?
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

De combinatiepil (het meest gebruikte anticonceptiemiddel in ons land) bevat namelijk progestagenen en oestrogenen. Een verlengde blootstelling aan dit laatste hormoon is een risicofactor om borstkanker te ontwikkelen.
Factoren sterke vermoedens ontstaan borstkanker
niet of praktisch niet geven van borstvoeding;
moment van starten en stoppen van de menstruatie (menarche en menopauze);

overgewicht;
alcoholgebruik;
eerder doorgemaakt mammacarcinoom;
geen doorgemaakte zwangerschap;
voorkomen van mammacarcinoom in de familie;

Het is echter niet bewezen of deze factoren ook echt het
 ontstaan van een mammacarcinoom bevorderen.



Slide 15 - Slide

This item has no instructions

vrouwen die na hun 35e jaar een zwangerschap hebben voldragen hebben een verhoogde kans op borstkanker
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Vrouwen die langdurig borstvoeding hebben gegeven hebben minder kans op borstkanker
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Verdeling naar de plek waar het ontstaat
Ductaal: de kanker is ontstaan in een melkgang. (85%)
Lobulair: de kanker is ontstaan in de melkklier. (15%)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

timer
1:00
1
2
3
4
5
6
spieren
melkklier
ribben
melkgang
Tepel
vetweefsel

Slide 19 - Drag question

This item has no instructions

Nog even terugkomen op:

Hoe heet het als de kanker ontstaat in de melkgang

Slide 20 - Open question

ductaal
En hoe heet het als de kanker ontstaat in de melkklier?

Slide 21 - Open question

lobulair
Borstkanker wordt verder onderverdeeld in:


Hormoongevoelige borstkanker
HER2-positieve borstkanker
Triple negatieve borstkanker
Inflammatoire borstkanker

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Hormoongevoelige borstkanker
Vrouwelijke geslachtshormonen oestrogeen en progesteron
Invloed op de groei en deling van een tumor.
Prognose meestal gunstig
De kankercellen groeien minder snel dan bij andere soorten borstkanker.
OK - Bestraling - chemotherapie/radio therapie - anti-hormonale therapie.
Afhankelijk van agressiviteit en grootte tumor

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

HER2-positieve borstkanker

HER2 is een eiwit dat de groei en deling van normale borstcellen regelt. 

Humaan Epidermale groeifactor Receptor 2. 
Veel HER2 aanwezig op receptoren - stimuleert tumorgroei. 
vaak een agressieve tumor

Doelgerichte therapie - medicijnen die het HER2-eiwit blokkeren
chemo - OK - radiotherapie

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Triple negatieve borstkanker is agressiever dan andere vormen van borstkanker.
Triple betekent drie. Triple-negatieve borstkanker is 3 keer negatief:

De tumor groeit niet onder invloed van het hormoon oestrogeen.
De tumor groeit niet onder invloed van het hormoon progesteron.
De tumor is niet HER2-positief.

bij jonge vrouwen (premenopauzaal)
vijftien tot twintig procent 
1 op de 3 vaak erfelijke aanleg
OK- radiotherapie-chemotherapie
Soms Immunotherapie (afweersysteem activeren om de kankercellen aan te vallen)

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Anti-hormonale therapie is een goede behandeling bij triple-negatieve borstkanker
A
Waar
B
niet waar

Slide 26 - Quiz

Anti-hormonale therapie is geen behandeling bij triple-negatieve borstkanker, omdat de tumor niet groeit onder invloed van hormonen. Ook HER2-remmers (doelgerichte therapie) is niet geschikt voor triple-negatieve borstkanker. 
Inflammatoire borstkanker
Inflammatoir betekent ontstoken
agressief
zeldzaam
De kankercellen blokkeren de lymfevaten in de huid van de borst. 
Hierdoor ontsteken de lymfevaten 
 Borstweefsel hard. De borst wordt rood, roze of paars en gaat er ontstoken uitzien. 
Op moment van de diagnose heeft 85% vrouwen al uitzaaiingen in de okselklieren.

Chemo - (doelgerichte therapie ) borstamputatie - radiotherapie

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Carcinoma in situ is
A
Onrustige cellen in het klierweefsel
B
Tumor 1-2 cm moeilijk voelbaar in het klierweefsel
C
Lijkt op een cyste, is nog goedaardig
D
Tumor 2-5 cm , met uitzaaingen

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Voorfase van het mammacarcinoom (carcinoom in situ).
Meer of mindere mate sprake van onrustige cellen in het klierweefsel, maar er is nog geen ingroei in het overige weefsel.

Ontstaan in de melkgangen en heet dan DCIS (ductaal carcinoom in situ)
Ontstaan in de melkklier dan heet het LCIS (lobulair carcinoom in situ)




Slide 29 - Slide

Onderzoek en diagnose bij een DCIS
Van een DCIS heb je bijna nooit klachten. Meestal is er ook niets te voelen. Vaak wordt de tumor ontdekt in het bevolkingsonderzoek borstkanker.
Op de mammografie zie je in het geval van een DCIS kleine witte verkalkingen. Die heten kalkspatjes. In het geval van een DCIS zijn deze kalkspatjes kwaadaardig.
Verdere onderzoeken bij een DCIS
Denkt de arts dat je misschien een DCIS hebt? Dan krijg je na de mammografie een biopsie.
Er zijn 3 graden:

Graad 1: de DCIS-cellen lijken nog behoorlijk op de normale borstcellen. De tumorcellen zijn niet zo agressief en het DCIS groeit meestal langzaam.
Graad 2: de DCIS-cellen zijn al wat meer afwijkend. De tumorcellen delen sneller dan de gezonde borstcellen en het DCIS groeit.
Graad 3: de DCIS-cellen zijn sterk afwijkend en zijn erg actief: ze delen veel en ongecontroleerd, waardoor het DCIS snel groeit.
 Groter risico dat de tumor in de borst kwaadaardig wordt.
 Bij vrouwen met DCIS graad 1 en 2 is dat risico heel laag.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

LCIS lobulair carcinoom in situ
Deze vorm van borstkanker ontstaat in een melkklier en is (nog) niet buiten de wand van de melkklier gegroeid.
LCIS is een voorstadium van borstkanker. LCIS geeft een verhoogd risico op het ontwikkelen van lobulair carcinoom.
Dit voorstadium van borstkanker is moeilijk te vinden.
Meestal wordt het bij toeval gevonden

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 
Poortwachtersklier/schildwachtklier
Vertel de functie
Schildwachtklierprocedure
Wat is het en waarom?
max 10 minuten
in tweetallen

timer
10:00

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Poortwachtklier of schildwachtklier
Kankercel komt in de lymfebaan van de 
eerste regionale lymfeklier terecht.  schildwachtklier, poortwachtersklier of sentinel node genoemd. 
Door de filterfunctie van de lymfeklier blijft de kankercel hier steken en kan hier uitgroeien tot een metastase. Vandaaruit kunnen nieuwe cellen loslaten en naar een volgende lymfeklier of bloedvat meegenomen worden. 
Voorkomt kans op lymfeoedeem. 
Negatief dan borstsparende OK

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

timer
1:00
Naar welke organen kan een mammacarcinoom uitzaaien?

Slide 34 - Mind map

Botten (85%).
Lever (40 tot 50%).
Longen (15 tot 25%).
Hersenen (6 tot 16%).
Huid, bijvoorbeeld rond de (eerder) aangedane borst.
Lymfklieren buiten het regionale gebied van de (eerder) aangedane borst.

verwijderen van klein stukje verdacht weefsel
Met behulp van geluidsgolven het borstweefsel in beeld brengen
Onderzoek naar aanwezigheid tumormarkers in het bloed 
met behulp van magneet en radiogolven het borstweefsel onderzoeken
met rontgenstralen foto's maken van beide borsten

Slide 35 - Drag question

MARIA
MARIA (multistatic array processing for radiowave image acquisition) is een nieuwe uitvinding. Het is veiliger voor jonge vrouwen dan een mammografie omdat het op radiogolven werkt in plaats van met straling. Het MARIA-systeem heeft cupvormige scanners van waaruit de gegevens worden overgebracht naar een computer, met een 3D-beeld als resultaat. De radiogolven zien verschillen tussen normaal borstweefsel en dat van tumoren, waarin veelal bloed en water opgehoopt zitten. Het proces duurt in totaal niet langer dan acht seconden en is pijnloos.
Welke aanvullende onderzoeken kunnen er nog plaats vinden?

Slide 36 - Mind map

longfoto of CT-scan van de borstkas (thorax): onderzoek naar uitzaaiingen in de longen of in de lymfeklieren in de borstkas.
botscan: onderzoek naar uitzaaiingen in de botten
echografie van de lever: onderzoek naar uitzaaiingen in de lever.
MRI: onderzoek naar exacte plaatsbepaling van de tumor in de borst; onderzoek naar uitzaaiingen in de hersenen of het ruggenmerg.
PET-CT scan: onderzoek met een combinatie van een CT-scan en een PET-scan, na toediening van een radioactieve stof, waarmee het hele lichaam onderzocht kan worden op uitzaaiingen.


Benigne - Maligne
Bepalend voor vervolg onderzoek
Benigne  met arts beleid bepalen
Maligne  vervolgonderzoeken.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Welke behandelingen bij borstkanker zijn er mogelijk?

Slide 38 - Open question

Operatie - kans op lymfe-oedeem
Bestraling - kans op lymfe-oedeem
Chemotherapie
Hormonale therapie
Doelgerichte therapie
Borstprothese en reconstructie

Behandeling afhankelijk van
welke kenmerken de tumor heeft
In welk stadium de borstkanker verkeert
of er uitzaaiingen zijn

Borstamputatie / ablatio

Slide 39 - Slide

Bij een ablatio verwijdert de chirurg al het borstklierweefsel, tepel en tepelhof. De borstspier blijft gespaard.

Slide 40 - Video

This item has no instructions

Okselkliertoilet
Uitzaaiingen in de lymfeklier(en) gevonden die groter zijn dan 2 mm?  ook de rest van de oksellymfeklieren behandelen.
bijwerkingen van okselkliertoilet
minder gevoel of zenuwpijn
bewegingsbeperking
lymfoedeem

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

stilstaan bij begeleiding
Wat betekent dit voor het gezondheidspatroon.
  Gezondheidsbeleving,- en instandhouding
 Voeding, - en stofwisselingspatroon
Activiteitenpatroon
 Slaap- rustpatroon
 Zelfbelevingspatroon
 Rollen, - en relaties patroon
 Seksualiteit, - en voortplantingspatroon
 Stressverwerkingspatroon
Waarden, - en levensovertuigingpatroon

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

mammacare poli
radioloog
oncoloog
patholoog anatoom
Radiotherapeut
(plastisch) chirurg
Gespecialiseerde verpleegkundige 



Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Hard gewerkt..

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les weet je:
* welke goedaardige aandoeningen er zijn
* wat borstkankeronderzoek inhoudt
* op welke plek borstkanker ontstaat
* welke risicofactoren er zijn
* welke typen borstkanker er zijn
* welke onderzoeken en behandelingen er mogelijk zijn

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Zijn leerdoelen behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 46 - Poll

This item has no instructions