5.2 Grote veranderingen in Engeland

5.2
Grote veranderingen in Engeland
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

5.2
Grote veranderingen in Engeland

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Enclosure acts
  • 18e eeuw in Engeland.
  • Common fields (weilanden en bossen) worden verkocht aan de adel en er werden hekken omheen gezet.
  • Ergens hekken omheen zetten = enclosure.

Slide 3 - Slide

Agrarische revolutie
  • Adellijke agrarische ondernemers probeerden nieuwe gewassen en fokmethodes.
  •  Mechanisering: steeds meer Engelse boeren maken gebruikt van wetenschappelijke uitvindingen voor de landbouw.
  • Veel graan verbouwen + knollen en klaver.
  • --> meer voeding voor het vee --> meer mest --> betere akkerbouwproductie.
  • Meer productie --> meer handel --> snel transport nodig --> transportrevolutie: betere wegen en aanleggen kanalen.

Slide 4 - Slide

Demografische revolutie
  • Door de agrarische revolutie en transportrevolutie steeds meer voedsel naar Engelse bevolking.
  • + verbetering medische zorg en aandacht voor hygiëne.
  • --> Tussen 1750 en 1850 stijgt het aantal inwoners van 6 naar 18 miljoen.

Slide 5 - Slide

Aan de slag
Maak in je werkboek van 5.2 opdracht 22, 26, 27, 28 en 42.
Je hebt 15 minuten de tijd.
Je mag samenwerken.

Klaar? Maak van 5.4 opdracht 74, 81 en 89.
timer
15:00

Slide 6 - Slide

Weet je het nu?
  • Wat waren de enclosure acts?
  • Waarom vond er een agrarische revolutie plaats?
  • Waarom leidde de agrarische revolutie tot een transportrevolutie?
  • Waarom zorgden de agrarische revolutie en de transportrevolutie voor een demografische revolutie?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Arbeidsomstandigheden en Urbanisatie
  • Industriële revolutie: periode waarin mensen overgingen van met de hand werken naar met machines werken.
  • Arbeidsomstandigheden: Het geheel van voorwaarden en omstandigheden waaronder een arbeider moet werken, zoals het loon, het aantal werkuren per week en veiligheid op de werkvloer.
  • Tijdens de Industriële revolutie: lage lonen, lange werkdagen, onveilig werk, veel kinderarbeid.
  • Dorpen met een fabriek groeien uit tot grote industriesteden: Urbanisatie.

Slide 9 - Slide

Raden maar!
Je werkt in tweetallen.
Eén van de twee staat met de rug naar het bord.
De ander beschrijft de zes zaken die hij op het bord ziet staan.
Zodra ze alle zes goed worden geraden door de leerling die het niet kan zien, mag je gaan zitten.
Je mag natuurlijk niet (delen van) het woord letterlijk zeggen!
Winnaar = huiswerkvrij!

Slide 10 - Slide

Kinderarbeid

Arbeidsomstandigheden

Industriële Revolutie
Urbanisatie

Industriestad

Katoenfabriek

Slide 11 - Slide

Enclosure acts

Transportrevolutie

Agrarische revolutie
Demografische revolutie

Mest

Fokken

Slide 12 - Slide

Weet je het nu?
Leg in je eigen woorden (zonder boek) de betekenis van de begrippen uit:
Industriële revolutie
Arbeidsomstandigheden
Urbanisatie

Slide 13 - Slide

Huiswerk
5.2 opdracht 22, 26, 27, 28 en 42,
5.4 opdracht 74, 81 en 89.

Slide 14 - Slide