Gedicht hoofdstuk 2

Gedicht 2.9
Doel: 
Je kunt de ingoud van een gedicht weergeven
Je herkent figuurlijk taalgebruik
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Gedicht 2.9
Doel: 
Je kunt de ingoud van een gedicht weergeven
Je herkent figuurlijk taalgebruik

Slide 1 - Slide

Gedicht 2.9
Figuurlijk taalgebruik:
is taalgebruik waarbij het woord of een uitdrukking niet in de letterlijke betekenis gebruikt mag worden. 
VB: Letterlijk taalgebruik: Een kip kan zonder kop nog een eindje lopen.
Figuurlijk taalgebruik: Hij praat als een kip zonder kop. 
Figuurlijk taalgebruik in gedichten zorgt meestal voor een verrassing.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Gedicht 2.9
Kijk in de volgende dia het filmpje over letterlijk- en figuurlijk taalgebruik.
Beantwoord daarna de vragen.

Slide 4 - Slide

Gedicht 2.9
1) Wat betekent letterlijk taalgebruik?
2) Wat is figuurlijk taalgebruik? Geef een voorbeeld?
3) Gebruiken jouw ouders (vader of moeder) wel eens figuurlijk taalgebruik? Zo ja, wat zeggen ze dan? Als je het niet zeker weet, let er dan thuis eens op.

Slide 5 - Slide

Flat of living dead

Slide 6 - Slide

Gedicht 2.9
Lees het gedicht 
"Flat of living dead".

Slide 7 - Slide

Gedicht 2.9
Bespreek in je groepje waar het gedicht over gaat.
Schrijf de eerste reactie van je groepje op. 

Beantwoord daarna de vragen uit je boek:
blz. 84 opdracht 2 

Slide 8 - Slide

Gedicht 2.9
Kijk naar opdracht 6; kies uit één van de opdrachten en maak deze in je schrift. 

Slide 9 - Slide

Gedicht 2.9
Dit was het einde van les 2, ga door naar les 3.

Slide 10 - Slide