1 KB Unit 3 lesson 1, 2, 3

Welcome 1KB
Start unit 3 - New York
What do you already know?Watching together
Present simple, dingen aanwijzen, tag questions


1 / 46
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Welcome 1KB
Start unit 3 - New York
What do you already know?Watching together
Present simple, dingen aanwijzen, tag questions


Slide 1 - Slide

New York

Slide 2 - Mind map

1

Slide 3 - Video

00:46
Waar is Kevin's familie?
A
In New York
B
In Florida
C
In Londen
D
Dat zeggen ze niet

Slide 4 - Quiz

1

Slide 5 - Video

01:45
Hoe heet dit standbeeld?
A
Statue of Liberty
B
The girl with fire
C
America's fire
D
America's Liberty

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Wat hebben jullie deze week af?
Unit 3: Lesson 1 and lesson 2 tot en MET opdracht 6

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Wat gaan we deze week (wk. 1) doen?
Unit 3: 
* Lesson 1 and lesson 2 --> Tot welke opdracht hebben we allemaal af? 
* Samen luisteroefeningen ( opdr. 4, 5, 8 en 9) Les 1
* Je leert hoe je dingen moet aanwijzen en je weet hoe je tag questions kunt maken. Les 2 en Les 3
* Lesson 2 moet af zijn (T/m blz. 95) Deze mag je online maken, ALS je bent ingelogd. Zo niet, dan maak je alles in het boek. Dit mag natuurlijk altijd. 
 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Deze tafels (dichtbij)
A
This tables
B
These tables
C
That tables
D
Those tables

Slide 13 - Quiz

Deze sok (dichtbij)
A
This sock
B
These sock
C
Dhese sock
D
These socks

Slide 14 - Quiz

Dat vliegtuig (ver weg)
A
Those airplane
B
This airplanes
C
That airplane
D
Tat airplane

Slide 15 - Quiz

Die meisjes (ver weg)
A
These girls
B
That girl
C
Those meisjes
D
Those girls

Slide 16 - Quiz

Maak opdracht 7 van blz. 92 
Klaar? Maak dan opdracht 10 van blz. 93 en kijk naar het grammaticablokje. Ik ga het zo verder uitleggen.

Slide 17 - Slide

Tag question
- Dit is een korte vraag, die je achter een zin plakt. In het Nederlands vragen we dan: Toch? Hè? Of niet? enz.
-  Gebruik altijd een vorm van 'To be' (am, is are) + I, you, he, she, it, we, they
* Als de hoofdzin positief is, dan is de tag question negatief ( not/ n't)
* Als de hoofdzin negatief is, dan is de tag question positief

She is nice, isn't she?          They are lovely, aren't they?
She is not nice, is she?        They are not lovely, are they?
Uitzondering: I am big, aren't I?

Slide 18 - Slide

Hij is klein, toch?
A
He is small, is he?
B
He is not small, isn't he?
C
He is small, isn't he?
D
Ik weet het niet

Slide 19 - Quiz

Zij zijn niet snel, of wel?
A
Geen idee
B
They are fast, aren't they?
C
They are not fast, aren't they?
D
They are not fast, are they?

Slide 20 - Quiz

Ik ben slim, of niet?
A
I am smart, aren't I?
B
I am smart, am I not?
C
I am not smart, am I?
D
I am smart, of niet dan?

Slide 21 - Quiz

Week 1 afronding
Maak opdracht 11 en 12 van blz. 94 (samen met mij?)

Klaar? Maak alle opdrachten af van paragraaf 2. Dit is huiswerk.
Test jezelf online maken van paragraaf 3.2
Tijd over? Ga de woordjes oefenen voor SO1 van Unit 3 via Quizlet of je boek. Als we tijd over hebben, kunnen we Quizlet Live spelen samen.

Slide 22 - Slide

Wat gaan we deze week (wk.2) doen?
- Lesson 3 speaking: 
* Kleine herhaling Lesson 2  
* We gaan in 2-tallen oefenen met gesprekjes. Je leert vragen te stellen en je kunt reageren op vragen.
* Zelf: Woordjes leren voor SO1 Unit 3 (blz. 119, 120, 121)

Slide 23 - Slide

Let's go to...........restaurant across the street
A
This
B
That
C
Those
D
These

Slide 24 - Quiz

In want to sit next to ............girls over here.
A
These
B
This
C
That
D
Those

Slide 25 - Quiz

What are ........... animals in the water over there?
A
This
B
That
C
These
D
Those

Slide 26 - Quiz

Deze meisjes zijn schattig, toch?
A
These girs are cute, are they?
B
This girls are cute, aren't they?
C
These girs are cute, aren't they?
D
These girs are cute, aren't she?

Slide 27 - Quiz

Jennifer is niet geïnteresseerd in hem, of wel?
A
Jennifer is interested in him, isn't she?
B
Jennifer isn't interested in him, isn't Jennifer?
C
Jennifer isn't interested in him, is Jennifer?
D
Jennifer isn't interested in him. is she?

Slide 28 - Quiz

Ik ben boos, of niet?
A
I'm angry, aren't I?
B
I'm angry, or not?
C
I'm angry, Am I not?
D
I am not angry, am I?

Slide 29 - Quiz

Aan het werk
Je hebt de expressions nodig voor veel opdrachten. Deze vind je op blz. 97 en 121 in je boek of bij de lesstof in je online boek.

We gaan samen eerst de opdrachten doornemen. En we kijken naar wat je kunt doen, als je klaar bent. 
Ik verdeel jullie in 2-tallen en kom jullie 'bezoeken', om te kijken hoe het gaat. Les 1 oefenen, les 2 presenteren. SUCCES

Slide 30 - Slide

Wat gaan de doen deze week? (wk. 3) 
* Unit 3 Lesson 4
* SO1 Unit 3 (woordjes blz. 119, 120, 121)

Slide 31 - Slide

Present simple (SHIT)

Slide 32 - Slide

A little bit of reading
  1. Voor wie heeft Walter Scott de eerste food truck bedacht?
  2. Waarom konden deze mensen wel een food truck gebruiken?

Slide 33 - Slide

Meervoud 
1. basisregel = +s      laptop / laptops  dog/ dogs   book/books

2. Woord eindigt op een sisklank 
(s-x-sh-ch) = +es
bus/buses   box/boxes   match/matches   wish/wishes





Slide 34 - Slide

Meervoud van: door
A
doores
B
doors

Slide 35 - Quiz

Meervoud van: hour
A
Houres
B
hours

Slide 36 - Quiz

Meervoud van: kiss
A
Kisss
B
Kisses
C
kiss's

Slide 37 - Quiz

Meervoud van : building
(gebouw)
A
Buildinges
B
Building
C
Building's

Slide 38 - Quiz

Meervoud van : taxi
A
Taxi's
B
Taxies
C
Taxis

Slide 39 - Quiz

Slide 40 - Slide

Look at .............girl over there.
A
This
B
That
C
These
D
those

Slide 41 - Quiz

Can you help me carry ............bags.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 42 - Quiz

........here, is my best friend Tom.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 43 - Quiz

.......tables at the back of the class are dirty.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 44 - Quiz

Let's get to work
  • Unit 3 lesson 2
  • Done? Study the words!

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Link