2 vmbo-kgt thema 4.2 Je bloedsomloop

4.2 Bloedsomloop
1 / 26
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4.2 Bloedsomloop

Slide 1 - Slide

wat gaan we vandaag doen?
herhalen vorige les: 4.1 bloed
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 4.2 bloedsomloop
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen

Slide 2 - Slide

herhalen 4.1 Bloed
Belangrijkste begrippen:
- de bestanddelen van bloed met hun kenmerken en functies benoemen
- bloedarmoede
- trombose

Slide 3 - Slide

uit welke 4 onderdelen bestaat bloed?
A
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en zuurstof
B
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en koolstofdioxide
C
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en bloedplaatjes
D
bloedplasma, rode-, blauwe bloedcellen en bloedplaatjes

Slide 4 - Quiz

Waar bestaat bloedplasma uit?
A
water en zout
B
water en opgeloste stoffen
C
water en eiwitten en opgeloste stoffen
D
water en zout en eiwitten

Slide 5 - Quiz

Welk deel van het bloed vervoert zuurstof
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplasma
D
bloedplaatjes

Slide 6 - Quiz

Zijn bloedplaatjes hele cellen?
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

Waar zorgen bloedplaatjes voor?
A
zuurstof opname
B
doden van ziekteverwekkers
C
bloedstolling
D
doen niks

Slide 8 - Quiz

Welke bloedcellen kunnen van vorm veranderen?
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplaatjes
D
geen van allen

Slide 9 - Quiz

Wat is de functie van de witte bloedcellen?
A
vervoeren van zuurstof
B
onschadelijk maken van ziekteverwekkers
C
vervoeren van koolstofdioxide
D
bloedstolling

Slide 10 - Quiz

Van welke stof is er te weinig in het bloed bij bloedarmoede?
A
hemoglobine
B
eiwit
C
glucose
D
koolstofdioxide

Slide 11 - Quiz

In een bloedvat is een prop ontstaan.
Hoe noemen we dit?

Slide 12 - Open question

leerdoelen vandaag (4.2)
Aan het einde van de les:
- kan je vertellen wat er wordt bedoeld met de bloedsomloop
- kan je in de dubbele bloedsomloop van de mens de kleine en de grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

4.2 Je bloedsomloop
bloedsomloop = de weg die het bloed door het lichaam aflegt

Je bloedsomloop bestaat uit je hart en je bloedvaten.
Je hart werkt als een pomp en pompt het bloed rond. De bloedvaten zorgen voor het vervoeren van het bloed.

Slide 15 - Slide

4.2 Bloedsomloop

Slide 16 - Slide

4.2 Je bloedsomloop
de mens heeft een dubbele bloedsomloop:
- kleine bloedsomloop
- grote bloedsomloop


Het bloed stroomt per omloop 2x door het hart, vandaar de naam: dubbele bloedsomloop.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

4.2 Je bloedsomloop
kleine bloedsomloop:
- het bloed stroomt van de rechterhelft van het hart naar de longen
- in de longen wordt zuurstof opgenomen en koolstofdioxide afgegeven
- vanuit de longen stroomt het bloed weer terug naar de linkerhelft van het hart

Slide 19 - Slide

      rechts                                                                links
blauw:                                                                                                                           rood:
zuurstofarm                                                                                                               zuurstofrijk

Slide 20 - Slide

4.2 Je bloedsomloop
grote bloedsomloop:
- vanuit de linkerhelft van het hart gaat het bloed naar de organen in het hele lichaam
- in de organen wordt zuurstof afgegeven aan de cellen en wordt koolstofdioxide afgegeven aan het bloed
- vanuit de organen stroomt het bloed weer naar de rechterhelft van het hart

Slide 21 - Slide

      rechts                                                                links
blauw:                                                                                                                           rood:
zuurstofarm                                                                                                               zuurstofrijk

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

VRAGEN??

Slide 24 - Slide

zelf aan de slag
4.2 Je bloedsomloop: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 6 en 7 maken

Slide 25 - Slide

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je vertellen wat er wordt bedoeld met de bloedsomloop
- kan je in de dubbele bloedsomloop van de mens de kleine en de grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies

Slide 26 - Slide