H4 en 5 Beeldende kunst - Cultuur van de Kerk

Cultuur van de Kerk
H4 en 5 Beeldende kunst
1 / 45
next
Slide 1: Slide
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4-6

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Cultuur van de Kerk
H4 en 5 Beeldende kunst

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Even opfrissen...

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

wat deden de monniken in een klooster?
A
bidden
B
onderwijs geven
C
op het land werken
D
boeken overschrijven in het scriptorium

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Het hoofd van een klooster is de...
A
Abt
B
Paus
C
Dominee
D
Kardinaal

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

De cisterciënzer kloosterorde staat bekend als:
A
uitbundig gedecoreerd
B
sober, eenvoudig
C
bedelorde

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

'Licht' is de gesymboliseerde goddelijkheid.
Licht is de essentie van schoonheid, stralende waarde en het goede. Licht kan het goddelijke zijn.

Wie zei dit?
A
De paus
B
Jezus
C
Abt Suger
D
Hildegard von Bingen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Welk land?
Engeland: waaiergewelf is typisch voor Engelse gotiek
Spanje: Mudejarstijl laat Moorse elementen zien zoals keramiek (tegels), geometrische patronen en (hoefijzer)bogen
Italie: Kent weinig gotische kerken. Ze zijn eenvoudig van vorm, torens ontbreken en er is weinig decoratie.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions


Waar zit wat?   1. Narthex   2. Schip   3. Zijbeuk  4. Toren   5. Transept   6. Viering  
                              7. Apsis   8. Straalkapel  9. Priesterkoor  10. Kooromgang

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Link

This item has no instructions

Leerdoelen
1. Je kan de verschillen in de vormgeving beschrijven tussen Romaanse en (vroege, hoge, late) Gotische schilderkunst;
2. Je kan de verschillen in de vormgeving beschrijven tussen Romaanse en (vroege, hoge, late) Gotische beeldhouwkunst;
3. Je kan uitleggen wat de functies zijn van kunst in de middeleeuwen;
4. Je kan de Bijbelse onderwerpen herkennen in de voorstellingen van beelden/schilderijen: schepping, zondeval, (aankondiging/ annunciatie van) Jezus geboorte, laatste avondmaal, kruisiging en opstanding van Christus, Hemelvaart, Pinksteren en Het Laatste Oordeel.
5. Je weet wie de opdrachtgevers waren voor de ‘kunstenaars’ in de middeleeuwen;
6. Je kan verschillende voorwerpen benoemen die voor de kerk werden gemaakt en uitleggen welke materialen hiervoor werden gebruikt en waarom;
7. Je kan de  positie van de middeleeuwse kunstenaar beschrijven.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Link

This item has no instructions

Romaanse beeldhouwkunst
  • Portalen en kapitelen
  • onderdeel van de architectuur
  • niet realistisch 
  • draait om de boodschap.

Waarom? 
  • De meeste mensen waren analfabeet, dus door middel van 'plaatjes' wilde de kerk hen aan de verhalen uit de Bijbel herinneren.

Slide 12 - Slide

Het ging de Romaanse beeldhouwers niet om dat het afgebeelde heel realistisch was.
Het ging hen om de Christelijke boodschap.
 De meeste mensen waren analfabeet, dus door middel van 'plaatjes' wilde de kerk hen aan de verhalen uit de Bijbel herinneren.
Beeldhouwwerk in romaanse kerken was oorspronkelijk gekleurd

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Romaanse beeldhouwkunst
- Belangrijke heilige (bijvoorbeeld Jezus)  groter en centraler in compositie.

- Heiligen sterk vereenvoudigd/gestileerd, niet realistisch of natuurgetrouw (onjuiste anatomie, geen gezichtsuitdrukking)

- Heiligen lijken veel op elkaar, zijn vooral herkenbaar aan symbolen die ze vasthouden.

- Op of aan kerken geplaatst (in timpaan/boogveld, portaal, kapitelen).

- Functies: didactisch (verbeelding van Bijbelverhalen), eerbetoon aan God, ter decoratie/versiering.
Waarom kunst bij de portalen? 
  • Ingang naar God
  • Eenwording met Christus
  • Reinigingsritueel

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

romaans
De romaanse kunst in waarschuwend voor het gevaar van het kwaad en wakkert de angst aan voor de hel. 
Zo willen ze de mensen stimuleren een vroom leven te leiden.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Gotiek
In de gotiek verandert de geloofsbeleving van waarschuwend naar meer meelevend en troostend. 


Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Gotische beeldhouwkunst
- In vroege gotiek stijve pilaarbeelden, later komen ze meer los van de wand (S-houding/contrapost).

- Anatomie is vrij goed weergegeven (steeds meer emotie in gezichtsuitdrukkingen).

- Plooival in kleding is realistischer weergegeven (bij Gotiek vaak zware, hoekige plooival).

- Ook gedetailleerde houten beschilderde beelden met een goede stofuitdrukking.

- Grote altaarstukken (meerluiken met verschillende voorstellingen) met kostbaar beeldhouwwerk waarvan luiken gesloten kunnen worden.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Beeldhouwkunst gotiek
  • Steeds minder onderdeel van architectuur.
  • Losser en ruimtelijker.
  • Van symbolisch naar dramatisch.
  • Steeds meer emotie.
  • Steeds realistischer, met lichaamsdelen onder de gewaden. 
  • Plooival in kleding wordt soepeler. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Vroege Gotiek
Stijf en symbolisch
Late Gotiek
Realistisch, invloed Oudheid

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

S-curve

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Vrijstaande beelden
rouwende figuren
Pleurants

steeds meer emotie

polychrome houten beelden

Piëta: Maria met dode Christus op haar schoot

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Retabel: Altaarstuk

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Romaanse schilderkunst
- Vorm: vooral muurschilderingen/fresco's ter decoratie van de kerk en illustraties in boeken (in scriptoria gemaakt door monniken).

- Figuren sterk vereenvoudigd/gestileerd, niet realistisch of natuurgetrouw (onjuiste anatomie, proporties kloppen niet, geen gezichtsuitdrukking)

- Figuren zijn schematisch/lineair van karakter (ze lijken op elkaar en zijn herkenbaar aan symbolen), lijnen zoals haren of plooien hebben een decoratieve functie, vlakken opgevuld met kleuren hierdoor geen/nauwelijks ruimte illusie

- Functies: didactisch (verbeelding van Bijbelverhalen), eerbetoon aan God, ter decoratie/versiering.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Gotische schilderkunst
Vroege gotiek:
- Weinig ruimteweergave, vaak gouden achtergrond.
- Wel iets plasticiteit.

Hoog gotiek:
- Meer realisme en details (zware plooival).
- Ruimte wordt beter weergegeven, bv. een landschap als achtergrond.

Late gotiek:
- Grote aandacht voor details (zware plooival).
- Gebrekkig lijnperspectief.
- Stereotype weergave van figuren/scènes en symbolisch kleurgebruik (wit=zuiver, blauw=hemels, goud=goddelijk)
- Redelijke anatomie.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Schilderkunst-
gotiek
  • Altaarstukken: op paneel geschilderde   Bijbelse vertellingen 
  • Van symbolisch naar meer realistisch. 
  • Ruimte-uitbeelding steeds echter (diepte      i.p.v. stapeling). 
  • Langzaam ook meer emotie. 
  • Gaandeweg vaker in eigen tijd en eigen       omgeving geplaatst. = Anachronisme
Vroege Gotiek: effen, gouden achtergrond met langwerpige figuren. 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Gaandeweg meer 
 samenhang in het tafereel
en meer naturalisme.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Gevoels- en lijnperspectief

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Gebroeders van Limburg,- "Getijdenboek", 1380-1390
De afbeeldingen (miniaturen) in getijdenboeken, die gemaakt worden voor adel en rijke burgers tonen steeds meer wereldlijke voorstellingen.
Afbeeldingen bij de maanden geven de mogelijkheid om het alledaagse werk en leven te tonen.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Vlaamse primitieven
  • Groep schilders in de Zuidelijke   Nederlanden
  • 15e en begin 16e eeuw
  • o.a. Jan van Eyck en Rogier v.d. Weijden
  • Overgang tussen Gotiek en Renaissance
  • Olieverf
  • Nauwkeurige waarneming => realisme 
  • Aandacht voor achtergrond
Jan van Eyck, "Lam Gods", 1432
Eerste naakten sinds Oudheid

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Laat Gotische schilderkunst
  • Door welvaart nu ook burgerlijke   opdrachtgevers. 
  • O.a. portretten in Bijbelse taferelen en     losse portretten. 
  • Symboliek
  • Realisme
  • Aandacht voor detail
  • Olieverf in plaats van tempera
  • Voor het eerst sinds Oudheid                       weer gesigneerd:                                               geen ambacht, maar kunst. 
Jan van Eyck

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Analyseren kunstwerk
Voorstelling: Wat wordt er afgebeeld? 
> Wat zie je allemaal op het schilderij/in het beeld? 
(mensen, dieren, gebaren, kleding, voorwerpen, elementen in de achtergrond zoals gebouwen, landschap)

Vormgeving: Hoe wordt de voorstelling afgebeeld?
> Beschrijf: Vorm, Licht, Compositie (ordening), Ruimte, Kleur (VLORK)
> (Materiaal, techniek, hanteringswijze)

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Welke vernieuwingen zie je op dit schilderij? 
verschil in voorstelling
Pas jouw kennis over romaans/ vroege gotiek en hoge gotiek toe op deze twee afbeeldingen. 
Vergelijk de voorstelling en vormgeving en benoem de verschillen.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

uitwerking

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Welke vernieuwingen zie je op dit schilderij? 
Rogier van der Weijden "Kruisafneming", 1432-1435 
Anoniem,  Kruisafneming, ca. 1180 
Pas jouw kennis over romaans en gotiek toe op deze twee afbeeldingen. 
Beschrijf voor beiden de voorstelling en vormgeving
En benoem de kenmerken voor romaans en gotisch.

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

uitwerking

Slide 36 - Open question

This item has no instructions


  • Een reliek is een overblijfsel van heilige of van iets wat een heilige heeft aangeraakt. 
  • Ze worden vaak in zeer kostbare houders (reliekschrijnen) bewaard. 
  • Aanraken van een reliek zou genezende werking hebben.
  • Kerk stichten? Reliek nodig!
Reliekschrijn

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Video

This item has no instructions

Noem twee aspecten van de voorstelling
waaruit blijkt dat Johannes een schrijver is.

Slide 39 - Open question

This item has no instructions

Noem drie verbindingen tussen de figuur Johannes
en de rand eromheen.

Slide 40 - Open question

This item has no instructions

Het evangelie is een deel van de Bijbel en daarmee een heilig boek.
In de voorstelling wordt Johannes bij het schrijven van dit evangelie
geïnspireerd door de Heilige Geest.
Leg uit op hoe deze goddelijke inspiratie in de voorstelling is
verbeeld.

Slide 41 - Open question

This item has no instructions

De boekillustratie is omstreeks 1150 gemaakt in de hoge
middeleeuwen in de Romaanse stijl.
Noem drie aspecten van de vormgeving die kenmerkend zijn voor
deze periode en stijl.

Slide 42 - Open question

This item has no instructions

Op de afbeelding zie je het timpaan in het portaal van de Saite-Foy in Conque.
Op dit timpaan is het laatste oordeel weergegeven. Dit timpaan past binnen de
functies van de beeldende kunst in de romaanse periode.
Wat zijn de drie functies van de beeldende kunst in de middeleeuwen en
hoe past dit timpaan daarin?

Slide 43 - Open question

This item has no instructions

pilaarfiguren in zuil
los van zuil, meer vrijstaand
emotieloos
meer emoties zoals lachen of lijden
statisch, strak, bewegingloos
dynamischer, houding losser
plooien ter decoratie
lossere plooien
vroege gotiek
late gotiek

Slide 44 - Drag question

This item has no instructions

Check
1. Je kan de verschillen in de vormgeving beschrijven tussen Romaanse en (vroege, hoge, late) Gotische schilderkunst;
2. Je kan de verschillen in de vormgeving beschrijven tussen Romaanse en (vroege, hoge, late) Gotische beeldhouwkunst;
3. Je kan uitleggen wat de functies zijn van kunst in de middeleeuwen;
4. Je kan de Bijbelse onderwerpen herkennen in de voorstellingen van beelden/schilderijen: schepping, zondeval, (aankondiging/ annunciatie van) Jezus geboorte, laatste avondmaal, kruisiging en opstanding van Christus, Hemelvaart, Pinksteren en Het Laatste Oordeel.
5. Je weet wie de opdrachtgevers waren voor de ‘kunstenaars’ in de middeleeuwen;
6. Je kan verschillende voorwerpen benoemen die voor de kerk werden gemaakt en uitleggen welke materialen hiervoor werden gebruikt en waarom;
7. Je kan de positie van de middeleeuwse kunstenaar beschrijven.

Slide 45 - Slide

This item has no instructions