Via Vooraf thema 3 hoofdstuk 2: spelling en grammatica

Thema 3 hoofdstuk 2

Spelling & Grammatica
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Thema 3 hoofdstuk 2

Spelling & Grammatica

Slide 1 - Slide

Doel
Aan het einde van deze les:

Weet jij wat een lidwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord.

We herhalen het werkwoord.

Slide 2 - Slide

Wat is een werkwoord?
(je mag ook een voorbeeld geven)

Slide 3 - Open question

Werkwoorden (doe-woord)
Deze woorden kunnen veranderen afhankelijk over wie het gaat.
Je kan er "ik, hij, wij, zij, jullie" voor zetten.

ik loop
hij/ zij loopt
wij lopen
zij lopen

Slide 4 - Slide

We bespreken de volgende woordsoorten:
Lidwoord
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Wat zijn lidwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?
A
de, het , een
B
aardige, rode, vierkante
C
Kees, tulp, tafel
D
zitten, staan, eten

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 11 - Quiz

Wat zijn zelfstandig naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 12 - Quiz

De slimme leerling snapt het niet.
Welk woord is het bijvoeglijk naamwoord?
A
snapt
B
de
C
leerling
D
slimme

Slide 13 - Quiz

Bedenk zoveel zelfstandig naamwoorden

Slide 14 - Mind map

Maak op studiemeter:

(30 minuten)​

Via starttaal online => thema 3 => spelling => ​
Lidwoorden en zelfstandig naamwoorden oef 1,2,3​
Bijvoeglijk naamwoord oef. 1,2,3​
Lidwoorden zelfstandig naamwoorden en bijvoeglijk naamwoord oef 1,2,3​
Deeltoets​




Slide 15 - Slide