grammatica oefenen t3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

• Jullie gaan weer oefenen met de behandelde grammatica.
• Aan het einde van deze les kunnen jullie beter omgaan met alle behandelde grammatica tot nu toe.

Wat is een bwb ook alweer? (bijwoordelijke bepaling)

En hoe vind je een lijdend voorwerp?

Wat is de bwb in deze zin?
"Morgen gaat de man een boek lezen."

1. Morgen
2. Gaat lezen
3. De man
4. Een boek

En het lijdend voorwerp in die zin?
"Morgen gaat de man een boek lezen."

1. Gaat lezen
2. De man
3. Een boek
4. Er is geen lijdend voorwerp

Wat is het wwg (werkwoordelijk gezegde) in deze zin?
"Henk viel gisteren erg hard van de trap af."

1. Henk
2. Viel
3. Viel af
4. Erg hard

Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
"Henk ligt nu in het ziekenhuis."

1. Henk
2. In het ziekenhuis
3. nu
4. Er is geen lijdend voorwerp

Wat is de rest van de zin dan wel?
"Henk ligt nu in het ziekenhuis."

Wat is de pv (persoonsvorm) in deze zin? En het ow? (onderwerp)

"Henk is gisteren thuisgekomen van het ziekenhuis.

1. Ow: Henk Pv: is
2. Ow: van het ziekenhuis Pv: is
3. Ow: Henk Pv: thuisgekomen
4. Ow: gisteren pv: thuisgekomen

Ontleed de hele zin: Wat is het ow, pv, wwg, lv en bwb?

Barry en zijn hele leuke vriendengroep gingen gisteren feesten in het lokale café.

Wie vindt het moeilijk? Zijn er nog vragen?

Ik snap alles! Geen vragen en alles is duidelijk!

Ik snap bijna alles helemaal, er zijn mij een paar dingen nog niet duidelijk...

Ik snap de helft ongeveer, maar sommige dingen snap ik nog totaal niet..

Ik snap er nog maar weinig van....

Ontleed de volgende zinnen volledig; ow, pv, wwg, lv en bwb!

1. " Overmorgen ga ik de grammatica toets knallen!"

2. "Doen wij morgen die opdracht in de ochtend?"

3.  "Henk, Jan en Peter hebben nu niks te doen."

4. "Ik schrijf een prachtig artikel tijdens de les."

5. Tijdens de les Nederlands heb ik de opdrachten gedaan."

Opdracht! (deel 2)

Wissel met je buurman/vrouw je zinnen uit en kijk of jullie hetzelfde hebben en wat er anders is. 

We bespreken het daarna klassikaal!

Wat hebben jullie geleerd vandaag?
Wat nemen jullie mee?