This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Een producent van videogames wil komend kwartaal een nettowinst van € 62.000,- behalen.
Van welke doelstelling is hier sprake?
A
communicatiedoelstelling
B
marketingdoelstelling
C
ondernemingsdoelstelling
Slide 2 - Quiz
Wat is geen marketingdoelstelling
A
Marktpositie
B
Markt creeren
C
Klantbehoud
D
Kostenbesparing
Slide 3 - Quiz
Zet het juiste marketinginstrument op het juiste plaatje:
Personeel
Plaats
Product
Promotie
Prijs
Slide 4 - Drag question
Het merk en imago van een product valt onder ...
A
Kernproduct
B
Fysiek product
C
Uitgebreid product
Slide 5 - Quiz
Een autodealer vermeldt in een advertentie het gewicht, de laadruimte en het motorvermogen van een bestelauto.
Van welk soort product is sprake in de advertentie?
A
Een fysiek product
B
Een totaalproduct
C
Een uitgebreid product
Slide 6 - Quiz
Wat is een voorbeeld van het uitgebreide product?
A
Koffer naar de kamer brengen
B
Ontbijtbuffet
C
Hotelovernachting
D
Douche op de kamer
Slide 7 - Quiz
Welk soort consumentenproduct heeft een grote koopinspanning en lage aankoopfrequentie?
A
Gemaksproducten
B
Winkelproducten
C
Speciale producten
D
Niet-gezochte producten
Slide 8 - Quiz
Een winkel/restaurant kan een smal/breed en diep of ondiep assortiment hebben.
smal assortiment
breed assortiment
Slide 9 - Drag question
Wat is kenmerkend voor een assortiment van een speciaalzaak? Het assortiment is
A
Breed en diep
B
Breed en ondiep
C
Smal en diep
D
Smal en ondiep
Slide 10 - Quiz
Wat is geen vorm van direct marketing?
A
Persoonlijk geadresseerde post in je brievenbus van Ziggo voor een nieuw TV abbonement
B
Je wordt gebeld door een Ziggo medewerker voor een nieuwe TV abonnement
C
Ziggo die TV reclame maakt voor een nieuwe TV abbonenement
D
Ziggo die jou via hun Ziggo App jou een nieuwe aanbieding doet voor een TV abonnement
Slide 11 - Quiz
Wat is het doel van Reclame?
A
Je failliet maken
B
Je koopgedrag beïnvloeden
C
Het onder de aandacht brengen van een nieuw product
D
Je informatie geven over nieuwe wetten
Slide 12 - Quiz
Wat voor verdienmodel heeft Spotify?
A
Verkoop tegen betaling
B
Uurtje factuurtje
C
Abonnement
D
Advertentiemodel
Slide 13 - Quiz
Welke prijsstrategie gebruikt Apple?
A
Afroomprijs strategie
B
Penetratieprijs strategie
Slide 14 - Quiz
Jorien heeft een website. Elke keer dat een bezoeker op een link naar bol.com klikt en daar wat koopt, krijgt Jorien een percentage. Met welk verdienmodel werkt Jorien?
A
directe transactie
B
anonnementensyeteem
C
instapmodel
D
advertentiemodel
Slide 15 - Quiz
Sleep naar dit vak de psychologische prijzen
Sleep naar dit vak de niet psychologische prijzen
€4,99
€5,15
€10,01
€102
€99,99
Slide 16 - Drag question
Liefhebbers van Toblerone chocoladereep voelen zich bekocht. In 2016 bleef de prijs van de reep gelijk, maar het gewicht van een grote Toblerone-reep van €8 daalde van 400 naar 360 gram. De consument voelt zich benadeeld, vooral doordat de verpakking van de Toblerone-reep even groot is gebleven. Welke twee marketinginstrumenten past Toblerone hier toe?
A
Plaatsbeleid en productbeleid
B
Plaatsbeleid en promotiebeleid
C
Productbeleid en prijsbeleid
D
Promotiebeleid en prijsbeleid
Slide 17 - Quiz
De McDonald’s onderzoekt of de Leyweg geschikt is voor een nieuwe vestiging. Dit is:
A
Prijsbeleid
B
Productbeleid
C
Plaatsbeleid
D
Presentatiebeleid
Slide 18 - Quiz
De bevindingen van de interne en externe analyse, uitmondend in de kritische sterke en zwakke punten [.............................................] en kansen en
Sleep de onderstaande zinsnedes naar de juiste positie in de definitie van de SWOT analyse:
Definitie SWOT-analyse:
van de organisatie
uit de omgeving
Slide 19 - Drag question
Je hebt een lijst gemaakt met bevindingen van het bedrijf en ontwikkelingen binnen de recreatiesector. Op welke factoren heb je als organisatie (of leidinggevende) wel of geen invloed?
Wel invloed
Geen invloed
goede locatie
Corona
Massa toerisme
weinig gebruik social media
Luxe uitstraling
Vergrijzing
keuze doelgroepen
Goed bereikbaar met OV
Slide 20 - Drag question
Zet nu de vorige bevindingen bij sterk/zwak of kansen/bedreigingen
sterk/zwak
kansen/bedreigingen
goede locatie
Corona
Massa toerisme
weinig gebruik social media
Luxe uitstraling
Vergrijzing
Keuze doelgroepen
Goede bereikbaarheid OV
Slide 21 - Drag question
Stel je beschikt over een gemotiveerd team. Waar komt deze stelling in de SWOT?
A
Sterk
B
zwak
C
kansen
D
bedreigingen
Slide 22 - Quiz
Wat betekent 'innovatie' in de context van ondernemerschap?
A
Het creëren van iets nieuws of het verbeteren van iets bestaands
B
Veel geld verdienen
C
Het kopiëren van ideeën van anderen
Slide 23 - Quiz
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
A
Rekening houden met mensen, planeet en prijs.
B
Rekening houden met winst, lonen en duurzaam
C
Rekening houden met handel, logistiek en prijs.
D
Rekening houden met regelgeving en winsten.
Slide 24 - Quiz
Wat heb je tot nu toe geleerd van het maken van je praktische opdracht?