Arbeidsproductiviteit en Productiewaarde

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Arbeidsproductiviteit

 en

 

Productiewaarde

Leerdoelen

Na deze les

• Weet je wat arbeidsproductiviteit is
• Heb je inzicht gekregen in de samenhang tussen werkende beroepsbevolking en productiewaarde
• Kun je rekenen met deze begrippen

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les zullen hebben geleerd.

Wat weet je al over arbeidsproductiviteit en productiewaarde?

Wat is arbeidsproductiviteit?

Arbeidsproductiviteit is de hoeveelheid werk die een werknemer per tijdseenheid verricht. Hoe hoger de arbeidsproductiviteit, hoe efficiënter er wordt gewerkt.

Geef een definitie van het begrip arbeidsproductiviteit en leg uit waarom het belangrijk is.

Hoe bereken je arbeidsproductiviteit?

Arbeidsproductiviteit bereken je door de totale productie te delen door het aantal arbeidsuren.

Laat zien hoe je de arbeidsproductiviteit berekent aan de hand van een voorbeeld.

Wat is de werkende beroepsbevolking?

De werkende (participerende) beroepsbevolking zijn alle personen tussen de 15 en 67 jaar die werken of werkloos zijn en actief zoeken naar werk.

Leg uit wie er allemaal onder de werkende beroepsbevolking vallen.

Mensen die bij de beroepsbevolking horen hebben een betaalde baan of zijn op zoek naar een betaalde baan.  Deze mensen bieden hun arbeid aan. De beroepsbevolking is dus het aanbod van arbeid.

Arbeidsmarkt is het totaal van vraag en aanbod naar arbeid. 

Als de vraag naar arbeid groot is en het aanbod klein: er is een krappe arbeidsmarkt en weinig werkloosheid. 

Als de vraag naar arbeid klein is en het aanbod groot: er is een ruime arbeidsmarkt en veel werkloosheid.  

Bedrijven & overheid zijn op zoek naar personeel. Zij vragen arbeid.

Beroepsbevolking

https://www.cbs.nl/nl-nl/visualisaties/dashboard-arbeidsmarkt

Wat is de productiewaarde?

De productiewaarde is de totale waarde van alle goederen en diensten die in een bepaalde periode zijn geproduceerd.

Definieer het begrip 'productiewaarde'.

Hoe hangen arbeidsproductiviteit, werkende beroepsbevolking en productiewaarde samen?

Een hogere arbeidsproductiviteit zorgt voor een hogere productiewaarde. Als er meer mensen aan het werk zijn, kan er meer geproduceerd worden en stijgt de productiewaarde.

Laat de leerlingen zien hoe deze begrippen met elkaar samenhangen in een eenvoudige formule.

Vragen?

Zijn er nog vragen over de begrippen?

Geef de leerlingen de kans om vragen te stellen en beantwoord deze zo goed mogelijk.

Rekenen met de begrippen

Nu we weten wat de begrippen betekenen en hoe ze samenhangen, gaan we ermee rekenen. We gaan een aantal opgaven maken om te oefenen.

Geef instructies voor de opdrachten en zorg ervoor dat de leerlingen weten wat ze moeten doen.

Verwerkingsopdracht

Sla je schrift open

Pak een pen en je rekenmachine bij 

- Stilte -

Zelfstandig in stilte de opdracht op de volgende dia maken

Geef de leerlingen de kans om vragen te stellen en beantwoord deze zo goed mogelijk.

Van een land is de productiewaarde
€ 500 miljard. De arbeidsproductiviteit is € 40.000 per persoon. Hoeveel mensen werken er in dit land?

In een land is de arbeidsproductiviteit € 40.000 per persoon. Er wordt
nu werkgelegenheid geboden aan 12,5 miljoen mensen.
5% van de beroepsbevolking is echter nog werkloos. Met welk bedrag
moet de productiewaarde van het land stijgen zodat er geen
werkloosheid meer is?

Vragen?

Zijn er nog vragen over de opdrachten?

Geef de leerlingen de kans om vragen te stellen en beantwoord deze zo goed mogelijk.

Leerdoelen

Nu...

• weet je wat arbeidsproductiviteit is.
• heb je inzicht gekregen in de samenhang tussen werkende beroepsbevolking en productiewaarde
• kun je rekenen met deze begrippen

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les zullen hebben geleerd.

Exit ticket

• Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
  
  
• Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

• Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les zullen hebben geleerd.

Huiswerk voor morgen

Maken opdrachten 6.29 t/m 6.35 op blz 85 t/m 88

Huiswerk noteer ik in Magister

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les zullen hebben geleerd.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.

Arbeidsproductiviteit 

• stijgt met hoger opleidingsniveau medewerkers 
• stijgt door inzet hoogwaardige machines (en automatisering)
• als deze hoog is kun je goedkoper produceren en dat is goed voor de export van product en diensten