This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
WELKOM
bij Nederlands
Slide 1 - Slide
Planning vandaag
uitleg periode
herhalen vorige les
oefenen
verder met h2
Slide 2 - Slide
Periode A
Spelling: vrijdag 8 november
Betoog: donderdag 14 november
Slide 3 - Slide
Bekijk de afbeelding. Waarin maakt de spatie verschil in betekenis?
Slide 4 - Slide
Weet je nog? Leg uit wat een SAMENSTELLING is (denk aan: aan elkaar of los).
Slide 5 - Open question
Splitsbare werkwoorden
- Aan elkaar: als de delen bij elkaar staan
- Los: als er woorden tussen de delen passen
We mochten de toets overdoen.
Heb je de opdracht al afgemaakt?
De gymlessen vallen uit vandaag.
- De gymlessen vallen weer uit vandaag.
Slide 6 - Slide
Noteer de woorden die aan elkaar geschreven moeten worden: Waar kun je een tijd schriften bon in wisselen?
Slide 7 - Open question
Noteer het zn en/of ww dat aan elkaar geschreven moet worden: Simon vraagt zich af waarom hij niet af valt, want hij doet elke morgen buik spier oefeningen.
Slide 8 - Open question
Noteer het zn en/of ww dat aan elkaar geschreven moet worden: In derde wereld landen is kinder arbeid helaas heel gewoon.
Slide 9 - Open question
Noteer het zn en/of ww dat aan elkaar geschreven moet worden: Reiniers knie operatie is voor de tweede keer uit gesteld.
Slide 10 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: niveau + indeling
Slide 11 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: niveau + verschil
Slide 12 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: chocolade + eitjes
Slide 13 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: cosmetica + industrie
Slide 14 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: karate + examen
Slide 15 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: karate + trap
Slide 16 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: opera + uitvoering
Slide 17 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: stage + activiteit
Slide 18 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: stage + instelling
Slide 19 - Open question
Schrijf de samenstelling goed op: informatie + uitwisseling
Slide 20 - Open question
Vandaag
Leren: splitsbare werkwoorden en samenstellingen
Maken:
H1 hoofdletters en leestekens: opdracht 1 en 8.
H2 aan elkaar of los: opdracht 1, 2 en 8.
Niet af? Zet de opdrachten in je daltonplanagenda.
Slide 21 - Slide
In het kraampje langs de weg worden streekproducten, zoals jam en ___, verkocht
A
bijen honing
B
bijenhoning
Slide 22 - Quiz
Van de nectar uit bloemkelken maken ____.
A
bijen honing
B
bijenhoning
Slide 23 - Quiz
De winkelier liet een ____ maken, nadat het oude was afgekeurd.
A
nieuw bouwplan
B
nieuwbouwplan
Slide 24 - Quiz
Het ____ voor het stationsgebied, gaat niet door.
A
nieuw bouwplan
B
nieuwbouwplan
Slide 25 - Quiz
Lativa begon te huilen als een ___, toen ze haar telefoon kwijt was.
A
klein kind
B
kleinkind
Slide 26 - Quiz
Mevrouw Schipper gaat elke zondag met haar ___ naar de Beekse Bergen.
A
klein kind
B
kleinkind
Slide 27 - Quiz
Tot 1 december kun je je___ voor de schaatswedstrijd.
A
in schrijven
B
inschrijven
Slide 28 - Quiz
Dit boek is geen werkboek, je mag er dus niet ___.
A
in schrijven
B
inschrijven
Slide 29 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
geirriteerd
B
ge-irriteerd
C
geïrriteerd
Slide 30 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
fotoonderschrift
B
foto-onderschrift
C
fotoönderschrift
Slide 31 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
beantwoorden
B
be-antwoorden
C
beäntwoorden
Slide 32 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
onderzeeer
B
onderzee-er
C
onderzeeër
Slide 33 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
mausoleum
B
mausole-um
C
mausoleüm
Slide 34 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
operatieassistent
B
operatie-assistent
C
operatieässistent
Slide 35 - Quiz
GELEERD?
- je weet wanneer je twee of meer woorden los van elkaar schrijft
- je weet wanneer je twee of meer woorden aan elkaar schrijft