Wiskunde les

Wiskunde les
Meetkunde:
  • Driehoeken en vierhoeken
  • Berekeningen in vlakke figuren
  • Omtrek en oppervlakte
  • Cirkels




1 / 11
next
Slide 1: Slide
TechniekHBOStudiejaar 3

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Wiskunde les
Meetkunde:
  • Driehoeken en vierhoeken
  • Berekeningen in vlakke figuren
  • Omtrek en oppervlakte
  • Cirkels




Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken en vierhoeken
Een driehoek is een veelhoek met drie hoekpunten en drie zijden. De drie hoeken zijn samen 180∘

Slide 2 - Slide

Driehoeken en vierhoeken zijn veelhoeken. Veelhoek is een figuur bestaande uit hoekpunten en lijnstukken die samen een deel van het vlak insluiten. Deze lijnstukken heten zijden.
Een vierhoek is een veelhoek met vier hoekpunten en vier zijden. De vier hoeken zijn samen 360∘

Slide 3 - Slide

  • de rechthoek met vier rechte hoeken;
  • de vierkant met vier rechte hoeken en vier gelijke zijden;
  • de vlieger met één symmetrieas;
  • de ruit met vier gelijke zijden;
  • het trapezium met één paar evenwijdige zijden;
  • het parallellogram met twee paren evenwijdige zijden.
Berekeningen in vlakke figuren
De beroemde stelling van Pythagoras
A2 + B2 = C2

Slide 4 - Slide

Elke rechthoekige driehoek heeft twee rechthoekszijden, dat zijn de benen van de rechte hoek. De langste zijde heet de hypotenusa.
congruent
gelijkvormig
vergrotingsfactor

Slide 5 - Slide

congruent
Als twee figuren gelijk zijn, zoals in het bovenste plaatje, dan betekent dit dat je als het ware beide figuren kunt uitknippen en precies over elkaar heen leggen. De overeenkomstige hoeken zijn dan even groot en de overeenkomstige zijden zijn even lang. Figuren die precies gelijk aan elkaar zijn noem je congruent. Hier zijn de driehoeken
ABC en LMK congruent en dat schrijf je als ΔABC ≅ ΔLMK

Maar er bestaan ook figuren die wel dezelfde vorm hebben, maar toch niet even groot zijn. De éne figuur is dan een vergroting (of verkleining) van de andere. Dit betekent dat wel alle hoeken van beide figuren even groot zijn, maar dat de zijden van de éne figuur met een vaste factor moeten worden vermenigvuldigd.
vergrotingsfactor 2

Congruent

Slide 6 - Slide

Twee figuren heten congruent als ze voor wat betreft hun vorm en hun afmetingen precies gelijk zijn. Dit betekent voor veelhoeken dat hun overeenkomstige hoeken gelijk zijn èn hun overeenkomstige zijden zijden gelijk zijn. Alleen voor driehoeken is het voldoende dat de drie overeenkomstige zijden gelijk zijn.
Gelijkvormig
Vergrotingsfactor

Slide 7 - Slide

Twee figuren zijn gelijkvormig als de ene figuur een vergroting of verkleining van de andere is. Voor veelhoeken betekent dit dat de overeenkomstige hoeken even groot zijn en de overeenkomstige zijden met eenzelfde vergrotingsfactor zijn vermenigvuldigd.
Omtrek en oppervlakte

Slide 8 - Slide

De omtrek van een vlakke figuur is de totale lengte van de buitenzijde. Simpel gezegd is het de afstand die je aflegt als je over de rand rondom de figuur loopt. Ook de rand zelf wordt wel "omtrek" genoemd. Het woord omtrek duidt op de beweging om de figuur en is waarschijnlijk afkomstig van Simon Stevin.

Onder de oppervlakte van een figuur versta je de hoeveelheid oppervlakte-eenheden die je nodig hebt om de figuur te bedekken. De oppervlakte-eenheid is de vierkante meter m2.
oppervlakte driehoek

Slide 9 - Slide

oppervlakte (driehoek) =
1/⋅ basis ⋅ hoogte
Zolang basis en hoogte niet veranderen, verandert ook de oppervlakte van de driehoek niet.  Dit heet het principe van Cavalieri.

Oppervlakte cirkel

Slide 10 - Slide

132, 73 Een cirkel is een kromme lijn waarvan alle punten dezelfde afstand tot een gegeven middelpunt
M
 hebben. Die afstand heet de straal r
 van de cirkel.
De diameter van de cirkel is twee keer de straal
Samenvatting

Veelhoeken: Eigenschappen van driehoeken, vierhoeken en hun varianten.
Congruentie en Gelijkvormigheid: Vorm, afmetingen en vergrotingsfactoren.
Pythagoras: Stelling en toepassing in rechthoekige driehoeken.
Omtrek & Oppervlakte: Berekening voor rechthoeken.
Cirkel: Omtrek, oppervlakte en onderdelen zoals straal en diameter.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions