Herhaling H6 - les 2

Herhaling H6
Lesplanning
  1. Vragen/ wensen
  2. Korte herhaling §6.4
  3. Zelfstandig voorbereiden toets
  4. Klassikale oefentoets
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling H6
Lesplanning
  1. Vragen/ wensen
  2. Korte herhaling §6.4
  3. Zelfstandig voorbereiden toets
  4. Klassikale oefentoets

Slide 1 - Slide

Vragen/wensen voor deze les.

Slide 2 - Mind map


De meterkast
- lekstroom
- overbelasting
- kortsluiting
Zekeringen
De zekering schakelt de stroom uit wanneer deze te hoog wordt door overbelasting of kortsluiting.
kWh-meter
De energiemeter of kWh-meter meet het energieverbruik.
Groep
Een aantal stopcontacten en lichtpunten zit samen op één groep. Vanuit de meterkast loopt een aparte leiding voor elke groep.
Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar schakelt de stroom uit bij lekstroom.
Hoofdkabel

Slide 3 - Slide

Kortsluiting of overbelasting?
A
Kortsluiting
B
Overbelasting

Slide 4 - Quiz

Als meerdere apparaten op één stopcontact aangesloten worden, dan wordt de stroomsterkte door elk apparaat kleiner.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Er is een zekering doorgeslagen, wat is een mogelijke oorzaak?
A
overbelasting
B
De buurman zit aan de aardleiding
C
kapotte lamp
D
de nul draad is kapot

Slide 6 - Quiz

Bij kortsluiting wordt de stroom afgesloten door:
A
door de energie maatschappij
B
zekering
C
aardlekschakelaar
D
aarderail

Slide 7 - Quiz

De maximale stroomsterkte in een groep van een huisinstallatie is:
A
10 A
B
16 A
C
25 A
D
36 A

Slide 8 - Quiz

Door een verdeling in groepen kun je meer elektrische apparaten aansluiten.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Oefentoets maken
  1. Oefentoets in je (digitale) boek 
  2. Voorbereiden toets
    samenvatten H6
    opgaven nogmaals maken
timer
15:00

Slide 10 - Slide

Je zet de schakelaar een minuut of 10 in de gesloten stand. Leg uit dat de batterij dan leeg loopt.

Slide 11 - Open question

Waar / niet waar
Een schakelaar moet je in de aanvoerdraad plaatsen; in de afvoerdraad werkt hij niet.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Waar / niet waar
Randaarde is alleen nodig bij apparaten met een metalen buitenkant.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Waar / niet waar
Stoffen die elektrische stroom gemakkelijk doorlaten noem je een isolator.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Waar / niet waar
Als je de wasmachine aanzet, wordt de stroomsterkte door de TV kleiner.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Dit is een...
A
serieschakeling
B
parallelschakeling

Slide 16 - Quiz

timer
4:00

Slide 17 - Slide

0,35 mA = ... A

Slide 18 - Open question

timer
4:00

Slide 19 - Slide

Drie verschillende lampen worden parallel aangesloten op een wisselspanning van 230 volt.
Door lamp 1 gaat een stroomsterkte van 120 mA; door lamp 2 gaat een stroomsterkte van 230 mA. De spanningsbron levert een stroom van 0,550 A.
Hoe groot is de stroomsterkte door lamp 3?
A
120 mA
B
200 mA
C
350 mA
D
550 mA

Slide 20 - Quiz

Drie verschillende lampen worden parallel aangesloten op een wisselspanning van 230 volt.
Door lamp 1 gaat een stroomsterkte van 120 mA; door lamp 2 gaat een stroomsterkte van 230 mA. De spanningsbron levert een stroom van 0,550 A.
Lamp 2 gaat kapot. Hoe groot is de stroomsterkte die de bron dan levert?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Video