4.1 Vanderwaals binding

Moleculaire stoffen
                                            Hoofdstuk  4
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Moleculaire stoffen
                                            Hoofdstuk  4

Slide 1 - Slide

4.1 vanderwaals binding

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Je kunt benoemen wat een van der Waals binding is en wat de van der Waals kracht is.
Je kunt de relatie tussen molecuulgewicht en kookpunt uitleggen.

Slide 3 - Slide

Welke stof is een moleculaire stof?
A
Mg
B
PbNO3
C
NaCl
D
C4H10

Slide 4 - Quiz

Wat voor soort rooster is hiernaast afgebeeld?
A
ion rooster
B
metaalrooster
C
molecuulrooster

Slide 5 - Quiz

Wat is de covalentie van koolstof (C)?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 6 - Quiz

Kookpunt
De kookpunten van moleculaire stoffen verschillen nogal van elkaar. 
Suiker = vast
Olijfolie = vloeibaar
Koolstofdioxide  = gas

Hoe komt dit?

Slide 7 - Slide

Vanderwaalsbinding
  • Aantrekkingskracht tussen moleculaire stoffen (dus niet aanwezig bij metalen of zouten!)
  • Relatief zwakke binding. 
  • Hoe groter de massa van het molecuul, des te sterker de vanderwaalsbinding. 
  • Vergelijkbaar met zwaartekracht, maar korte afstand kracht.



Slide 8 - Slide

Fase-overgang

  • Bij een fase-overgang blijven de moleculen hetzelfde (atoombinding blijft intact).
  • De afstand tussen deeltjes veranderd -> Vanderwaalsbinding (molecuulbinding).
  • Hoe dichter op elkaar, hoe sterker  de V/d waalsbinding.

Slide 9 - Slide

Van der Waals kracht
In de vaste fase en de vloeibare fase zitten de moleculen in een stof dicht op elkaar doordat ze elkaar aantrekken. 
Deze aantrekkingskracht heet de vanderwaalskracht. 
Door de vanderwaalskracht ontstaat een binding die de vanderwaalsbinding heet. 
Als je de temperatuur van een stof verhoogt, gaan de moleculen sneller bewegen. Als het warm genoeg is dan is er genoeg energie om de vanderwaalsverbinding te breken en een gas te worden

Slide 10 - Slide

Het smeltpunt en het kookpunt van een stof zijn eigenschappen op macroniveau. 
De hoogte van het smelt- en kookpunt hangt samen met de sterkte van de vanderwaalsbinding op het microniveau. 
Hoe sterker de vanderwaalsbindingen tussen moleculen in een stof, hoe hoger het kookpunt van die stof. Bij sommige stoffen, zoals methaan, zijn de vanderwaalsbindingen zo zwak dat het kookpunt lager ligt dan kamertemperatuur.

Slide 11 - Slide

Hoe groter het molecuul > Van der Waals kracht

Slide 12 - Slide

Hoe zit het dan met water?
Water is qua massa lichter dan zuurstof, maar bij kamertemperatuur vloeibaar.... Hoe kan dat?
Volgende les...!

Slide 13 - Slide

Oplossen van moleculaire stoffen

Slide 14 - Slide

Wat gebeurt er met de vanderwaals binding als je een moleculaire stof oplost?

Slide 15 - Open question