2 vmbo-bk Thema 4.1 De bloedsomloop: bloed

4.1 Bloed
1 / 24
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4.1 Bloed

Slide 1 - Slide

wat gaan we vandaag doen?
introductie thema 4 De bloedsomloop
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 4.1 Bloed
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kun je de bestanddelen van bloed met hun kenmerken en functies benoemen
- kun je omschrijven wat bloedarmoede en trombose is

Slide 4 - Slide

4.1 Bloed
Een volwassen mens heeft 5-6 liter bloed in zijn lichaam.

Bloed bestaat uit verschillende onderdelen (bestanddelen).
In deze basisstof leer je uit welke bestanddelen bloed bestaat en wat de kenmerken en functies van deze bestanddelen zijn.

Slide 5 - Slide

4.1 Bloed
Waaruit bestaat bloed?
1. bloedplasma (een vloeistof)
2. bloedcellen (rode en witte)
3. bloedplaatjes

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

bloed
bloedplasma:
- vloeistof, gelig van kleur
- bestaat uit water en opgeloste stoffen
- functie: het vervoeren van stoffen, zoals koolstofdioxide, afvalstoffen en voedingsstoffen

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

bloed
rode bloedcellen:
- kleine rode schijfjes met opstaande rand
- hebben geen celkern
- functie: vervoeren zuurstof

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

bloed
witte bloedcellen:
- geen vaste vorm: kunnen door de wand van bloedvaten heen
- hebben wel een celkern
- maken ziekteverwekkers (zoals bacteriën) onschadelijk

etter/pus: dode witte bloedcellen en gedode bacteriën


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

bloed
bloedplaatjes:
- zijn geen cellen, maar delen van cellen
- zijn nodig bij de bloedstolling


Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

4.1 Bloed
Soms kan het bloed binnen de bloedvaten stollen (dus niet alleen bij een wondje). Er ontstaat dan een bloedprop binnenin een bloedvat.
Dit noem je trombose.

Een bloedprop kan het bloedvat afsluiten. Daardoor kan het bloed niet verder stromen.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

4.1 Bloed
In rode bloedcellen zit een stof die hemoglobine heet. Dit geeft de bloedcellen hun rode kleur.
Door hemoglobine bindt zuurstof zich aan de rode bloedcellen.
Hemoglobine maak je aan met ijzer dat in je voeding zit.

Het kan gebeuren dat je te weinig hemoglobine hebt. Dit noem je bloedarmoede.


Slide 20 - Slide

4.1 Bloed
Oorzaken bloedarmoede:
- te weinig groente, fruit, brood, vis of vlees eten
- veel bloedverlies

Behandeling bloedarmoede:
- staaltabletten en extra vitamine C
- genoeg groente, fruit, brood, vlees of vis eten

Slide 21 - Slide

VRAGEN??

Slide 22 - Slide

zelf aan de slag
4.1 Bloed: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 1 t/m 6 maken

Slide 23 - Slide

herhalen leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kun je de bestanddelen van bloed met hun kenmerken en functies benoemen
- kun je omschrijven wat bloedarmoede en trombose is

Slide 24 - Slide