This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.
Items in this lesson
Muziek 3 Mavo - Periode 1
Slide 1 - Slide
Ritme
Alles wat in muziek met toonduur te maken heeft. Een ritme kun je klappen.
Slide 2 - Slide
Toonduur
Toonduur: De lengte van een toon (kort/lang, het aantal tellen).
De maatsoort geeft aan hoeveel tellen er in de maat zitten. Dus bijvoorbeeld een vierkwartsmaat heeft vier tellen, een driekwartsmaat heeft drie tellen in de maat.
Slide 3 - Slide
Noten
Muzieknoten zijn tekens om de tonen in muziek aan te geven. In toonduur of/en toonhoogte. Dit gebeurt op bladmuziek.
Rusten Rusten zijn tekentjes die stilte (niet spelen of zingen) aangeven:
hele rusten, halve rusten, kwartrust en achtste rust
Slide 4 - Slide
Toonhoogte
Toonhoogte: Hoe hoog of hoe laag een toon is.
G-sleutel
Een teken (sleutel) aan het begin van de regel dat de toon g aangeeft. We hebben de notennamen c - d - e - f - g - a - b
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Popmuziek - instrumenten
Popmuziek - welke instrumenten worden er voornamelijk gebruikt?
Drumstel, gitaar (elektrisch of akoestisch), basgitaar, piano, stem
Wat zie je nog meer in deze video? percussie (conga's, guiro) en koperblazers (trompet, trombone, saxofoon)
Slide 7 - Slide
Drumstel
Slide 8 - Slide
Seven Nation Army
Tabs
Tabs – ook wel tablatuur genoemd – laten in één oogopslag zien welke snaar je moet aanslaan en welk vakje je moet
indrukken op de (bas)gitaar
Afterbeat
het accent op de tweede en vierde tel.
Slide 9 - Slide
Toonsafstand
Toonsafstanden kunnen half of heel zijn.
Kruis
Verhoogt een noot. Bijvoorbeeld: f wordt fis, c wordt cis.
Mol
Verlaagt een noot. Bijvoorbeeld: b wordt bes, e wordt es.