Woordenschat H6 zoeken in een woordenboek + woordenlijsten H1 t/m 6

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

• Kennen en kunnen
• Huiswerk/herhaling vorige les
• Moeilijke begrippen H6
• Opdracht begrippen H1 t/m 6
• Bespreken
• Afsluiten

• Woordenlijst H1 t/m 6
• Letterlijk en figuurlijk taalgebruik
• Samenstellingen

• Moeilijke woorden verwerken in een verhaal.
• figuurlijk taalgebruik verwerken in een verhaal.

Hij wil voor een dubbeltje op de eerste rang zitten.

1. Het is waardeloos
2. Hij wil het beste voor weinig geld
3. Het was een eenvoudige taak
4. Hij wil er weinig moeite voor doen

Dat was een fluitje van een cent.

De nieuwe aanvoerder viel in haar voetsporen / van haar voetstuk door het geroddel.

Wat is het verschil tussen figuurlijk en letterlijk taalgebruik?

Peter had hard getraind en won de skatewedstrijd...

1. complex
2. opvallend
3. onopvallend
4. moeiteloos

Moeiteloos

1. smenstelling
2. afleiding- achtervoegsel
3. afleiding- voorvoegsel

Vul je (langste) eigen bedachte samenstelling in.

• Wat: Neem de woordenlijst van H6 door. Streep de woorden door die je al kent. Markeer de woorden die je moeilijk vindt.
• Hoe: individueel (zacht fluisteren mag)
• Hulp: mevrouw de Vries, buurman/vrouw
• Tijd: 5 min.
• Uitkomst: gebruiken bij de volgende opdracht
• Klaar?: Noteer de begrippen die je moeilijk vindt in je schrift en schrijf de betekenis erachter.

Welk woord/uitdrukking ken je al (of meerdere woorden)

Welke nog niet?

Er was eens...

Er was eens een brugklas op het Comenius Esdoorn die moeiteloos verhalen konden verzinnen. Vrijwel niks was ze te complex. Opmerkelijk was de grote hoeveelheid fantasie in de klas, waardoor de volgende opdracht die ze moesten doen een fluitje van een cent was. 

• Wat: Maak een (fantasie)verhaal en verwerk de moeilijke woorden en figuurlijke uitdrukkingen van H1 t/m 6 erin. Onderstreep de woorden in je verhaal. Je moet ook kunnen vertellen wat de woorden betekenen.
• Hoe: individueel of in tweetallen (zacht overleggen)
• Hulp: de woordenlijsten van H1 t/m 6, mevrouw de Vries, tekstboek, buurman/vrouw
• Tijd: 20/25 min.
• Uitkomst: klassikaal een aantal verhalen beluisteren.
• Klaar?: Maak je verhaal langer, helpt iemand met de opdracht of maak de kruiswoordpuzzel van de begrippen van H6

Typ de eerste twee zinnen van je verhaal in
of
de zinnen waar je het meest trots op bent (met moeilijke woorden en uitdrukkingen erin).

Huiswerk

Maak je verhaal af.

Vul je woordenlijst aan met moeilijke woorden die je buiten de les bent tegengekomen. Vraag ook naar de betekenis of zoek die zelf op.

Stoelen op tafel!

• Kennen en kunnen
• Opdracht begrippen H1 t/m 6
• Bespreken
• Afsluiten

• Woordenlijst H1 t/m 6
• Letterlijk en figuurlijk taalgebruik

• Moeilijke woorden verwerken in een verhaal.
• figuurlijk taalgebruik verwerken in een verhaal.

Er was eens...

Er was eens een brugklas op het Comenius Esdoorn die moeiteloos verhalen konden verzinnen. Vrijwel niks was ze te complex. Opmerkelijk was de grote hoeveelheid fantasie in de klas, waardoor de volgende opdracht die ze moesten doen een fluitje van een cent was. 

Voorbeelden verhalen

Met moeilijke begrippen en figuurlijk taalgebruik

• Wat: Maak een (fantasie)verhaal en verwerk de moeilijke woorden en figuurlijke uitdrukkingen van H1 t/m 6 erin. Onderstreep de woorden in je verhaal. Je moet ook kunnen vertellen wat de woorden betekenen.
• Hoe: individueel of in tweetallen (zacht overleggen)
• Hulp: de woordenlijsten van H1 t/m 6, mevrouw de Vries, tekstboek, buurman/vrouw
• Tijd: 20 min.
• Uitkomst: klassikaal een aantal verhalen beluisteren.
• Klaar?: Maak de opdrachten van H6 blz. 155 of ga leren voor de toets (via wrts).

Eisen:

- Begin met: er was eens...

- Niet teveel woorden in één zin.

- Mag fantasie, maar ook eigen leven.

- Probeer zoveel mogelijk woorden te gebruiken die je lastig vindt.

- Lengte: minimaal 7 zinnen.

Typ de eerste twee zinnen van je verhaal in
of
de zinnen waar je het meest trots op bent (met moeilijke woorden en uitdrukkingen erin).