Grammatica woordsoorten: lw -ww-znw

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1-4

GOEDEMIDDAG

Wat gaan we deze les doen?

• 10 min zelf lezen (ja dat moet echt!)
  
• nakijken opdracht 10 en 11
  
• uitleggen woordbenoemen en opdrachten maken
  

nakijken opdracht 10 en 11

lidwoorden?  ( lw )

de   het  een

werkwoorden?    (ww)

'doe' woorden: denken, zitten, schrijven, fietsen, maken, horen, lopen, slapen, zeuren, klagen, mopperen, lachen, huilen......

Maar ook:  hebben, zijn, 

zelfstandige naamwoorden?  (znw)

je kan er (soms) meervoud of enkelvoud van maken: boom-> bomen, vissen-> vis

je kan er (soms) een verkleinwoord van maken: tafel-tafeltje, schoen-schoentje, blad-blaadje.....

je kan er een lidwoord voor zetten: 

klas-> de klas, 

jaar-> het jaar, 

auto-> een auto.

lidwoord?

1. en
2. de
3. clown
4. lacht

werkwoord?

1. een
2. groot
3. krijgt
4. applaus

zelfstandig naamwoord?

1. Jan
2. in
3. de
4. mooie

Werkwoorden?
Ik heb gisteren urenlang games op de computer gespeeld.

1. heb
2. games
3. computer
4. gespeeld

Zelfstandige naamwoorden?
De docent loopt het lokaal op de bovenste verdieping binnen.

1. loopt
2. lokaal
3. de
4. verdieping

werkwoorden? Ik heb na het eten de kippen eten gegeven.

1. eten
2. kippen
3. gegeven
4. heb

zelfstandige naamwoorden?
Ken jij de kleuren van de regenboog?

1. kleuren
2. van
3. regenboog
4. de

Werkwoorden?
De vlieg vliegt door de keuken en vliegend fluit hij een liedje.

1. vlieg
2. liedje
3. vliegend
4. fluit

Zelfstandige naamwoorden? Ik weet nu wel dat Erik bij de Hema werkt.

1. weet
2. Erik
3. werkt
4. Hema

Opdracht:

Na deze geweldige uitleg en quiz kun je nu zelf aan de slag! 

Opdracht 12 (blz. 73) 

opdracht 13 (blz. 74)  

Succes, je kunt het!