Les 25 - 2.7 zww/hww

 Nederlands
Welkom
Pak je boek
Pak je etui

Wees stil als de docent begint

1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

 Nederlands
Welkom
Pak je boek
Pak je etui

Wees stil als de docent begint

Slide 1 - Slide

weektaak
2.7 grammatica
Opdracht 1 t/m 20, volgens jouw route.
Opdracht 3 en 4 niet.

Slide 2 - Slide

Overzicht woordsoorten
Woordsoort
Afkorting
Voorbeeld
Lidwoord
lw
Zelfstandig naamwoord
zn
Bijvoeglijk naamwoord
bn
Voorzetsel
vz
Werkwoord
ww
Persoonlijk voornaamwoord
psv
Bezittelijk voornaamwoord
bzv

Slide 3 - Slide

ZELFSTANDIG WERKWOORD (ZWW)
  • Het zelfstandig werkwoord is het belangrijkste werkwoord in de zin.
  • Het zelfstandig werkwoord geeft aan wat het onderwerp doet.
  • Het zelfstandig werkwoord heeft een duidelijke betekenis: 
je kunt het (meestal) uitbeelden. 
  • Het zelfstandig werkwoord kan als enige werkwoord in een zin staan. 
  • Er staat maar één zelfstandig werkwoord in een zin. 

Lieke zwemt elke zaterdag.



Slide 4 - Slide

Hulpwerkwoord
Meer werkwoorden in de zin?
Dan is er (minstens) één het hulpwerkwoord.
Het hulpwerkwoord geeft "hulp" aan het zelfstandige werkwoord. 
Het hulpwerkwoord heeft zelf geen duidelijke betekenis. 

Ik heb gegeten.
Dit moet verwijderd worden.

Slide 5 - Slide

Zelfstandig werkwoord / hulpwerkwoord



- zelfstandige werkwoorden kun je niet weglaten in een zin

- hulpwerkwoorden kan je weglaten in een zin

Slide 6 - Slide

Zelfstandig werkwoord:
A
worden
B
wandelen

Slide 7 - Quiz

Opdrachten
Maak opdracht 9, 10, 11, 12, 14
Eerste 4 minuten in stilte.
Heb je een vraag? Sla de opdracht dan even over.
timer
4:00

Slide 8 - Slide

Weektaak


Loop je op schema met de weektaak? Dan heb je opdracht 13 af.
Klaar? --> Versterk jezelf via Talent Online.

Op fluisterniveau werken.
Heb je een vraag? Steek je hand op of vraag het zacht aan je buur.
timer
4:00

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide