- Skiën = halve dag in niveaugroepen -> elke dag, behalve zondag = bezoek aan de Beierse kastelen.
- Helm -> naamkaartje -> neem je mee naar het hotel. Opbergen op je kamer.
- Ski-stokken en skibotten (naamkaartje) + skilatten -> blijven aan de ski-piste -> netjes opruimen!
- Sneeuwpret! Sleeën, sneeuwman maken, wandeling over hangbrug in Holzgau, een ijsje eten, ... .
- Avondactiviteiten
!!! Horloge meenemen -> zo weet je telkens hoe laat het is vb. 'Je gaat nu naar de kamer, je trekt je ski-kledij aan en om 10 uur verzamelen we aan de eetzaal.' -> Op de kamer zelf is er geen klok/horloge.