M&O Individu en groep, week 1, les 2, Motivatietheoriën

M&O Individu en groep
Week 1, les 2
5.2.1 Theorie van Alderfer
5.2.2 Theorie van McLelland
5.2.3 Verwachtingstheorie van Vroom
1 / 19
next
Slide 1: Slide
M&OMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quiz, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

M&O Individu en groep
Week 1, les 2
5.2.1 Theorie van Alderfer
5.2.2 Theorie van McLelland
5.2.3 Verwachtingstheorie van Vroom

Slide 1 - Slide

Lesdoelen 
Na deze les:
Ken je de belangrijkste motivatietheorieën
Kun je jouw motivatie in één van de theorieën plaatsen

Slide 2 - Slide

Motivatie
  • Twee soorten:
  • Werk-intrinsieke motivatie
  • Het werk is een uitdaging
  • Maslow =>erkenning en zelfontplooiing
  • Werk-extrinsieke motivatie
  • Om zaken rond het werk
  • werkomstandigheden, salaris, status

Slide 3 - Slide

Motivatietheorieën
Grondlegger was Maslow (zie les 1)
Behoeften hiërarchie

Slide 4 - Slide

Motivatie theorieën
Theorie van Alderfer
Theorie van McLelland
Verwachtingstheorie van Vroom

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Theorie van Alderfer
  • ERG-theorie (gebaseerd op Maslow)
  • Existentiële behoeften: materiële zekerheid (fysiologische behoeften en zekerheid)
  • Relationele behoeften: goede relaties met anderen (acceptatie en erkenning)
  • Groeibehoeften: persoonlijke groei (zelfontplooiing)



Slide 7 - Slide

Belangrijkste verschillen met Maslow
Behoeften zijn niet hiërarchisch
Introductie van de frustratie-regressiehypothese: als in één van de behoeften niet wordt voorzien worden andere behoeften belangrijker 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Theorie van McLelland
Behoeften zijn aangeleerd (in de eerste levensjaren): 
één behoefte is dominant
Drie behoeften profielen:
1) Prestatiebehoefte (gericht op het leveren van goede prestaties)
2) Machtsbehoefte (gericht op het uitoefenen van invloed op mensen)
3) Affiliatiebehoefte (gericht op het opbouwen van goede relaties)

Slide 10 - Slide

Verwachtingstheorie van Vroom
Inzicht krijgen in het motivatieproces en verklaren waarom het zo loopt, om op die manier invloed uit te oefenen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Verwachtingstheorie van Vroom 
bestaat uit drie stappen
1) Verwachting
Verhouding tussen de inspanning en prestatie. De medewerker verricht meer inspanning als er goede resultaten behaald kunnen worden
2) Instrumentaliteit 
Verhouding tussen inspanning en beloning. De medewerker verricht meer inspanning als er een bepaalde beloning aan vast zit
3) De waarde
Aantrekkelijkheid van de beloning. De beloningen voor de medewerker is hem meer waard.


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

  • Een medewerker zal meer inspanning verrichten als:





  • hij de kans hoger inschat om goede resultaten te behalen
  • de kans groter is dat daar een bepaalde beloning aan vast zit
  • de beloning voor hem meer waard is

  • Mate van motivatie = verwachting x instrumentaliteit x waarde

Slide 15 - Slide

In de volgende slide uitwerken
Wat is de grootste stimulans (motivator) voor werk

Slide 16 - Slide

stimulans in werk

Slide 17 - Mind map

Slide 18 - Slide

Aan het werk
Wat?
Maak een verslag wat jouw motiveert (intrinsiek en extrinsiek) om naar school, werk, sport enz te gaan. Verwerk 1 van de 3 motivatietheorieën in je verslag.
Hoe?
Minimaal 250 woorden, max 1 A4
Resultaat
Verslag komt in je portfolio



Slide 19 - Slide