Lees de vier zinnen over de 19e eeuw. Kies de juiste zin.
A
Opstanden en oorlogen waren een belangrijke oorzaak van het verlangen naar natiestaten.
B
Het ontstaan van nieuwe staten was een oorzaak van het streven naar natiestaten.
C
Het uiteenvallen van veelvolkerenstaten was een gevolg van het streven naar natiestaten.
D
De Belgische opstand was een oorzaak van nationalisme
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Pruisen was met afstand het sterkste Duitse vorstendom.
Wilhelm I was koning van Pruisen van 1861 tot 1888.
Kanselier (soort minister-president) Otto von Bismarck was eigenlijk de machtige man.
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
1 Lees de vijf omschrijvingen (a-e). Noteer de letters a tm e en zet er het juiste woord achter. a land, staat b regeringsleider, minister-president (in Duitstalige landen) c streven naar een eigen natiestaat, voorliefde voor het eigen volk d tegenstanders van de regering e volk
Slide 32 - Open question
Bestudeer de bron hiernaast. Krijgen burgers of militairen de leiding in Duitsland, volgens de tekenaar? Leg je antwoord uit met een bronelement, dit doe je op de volgende slide.
Bron 1 Een Oostenrijkse prent uit 1870 met de titel ‘De toekomst van Duitsland' en het onderschrift: 'Past deze onder een hoed? Ik denk dat het een punthelm wordt.’
Slide 33 - Slide
Krijgen burgers of militairen de leiding in Duitsland, volgens de tekenaar? Leg je antwoord uit met een bronelement.
Slide 34 - Open question
Bestudeer de bron hiernaast. Was de schilder voorstander of tegenstander van de Belgische opstand (1830)? Leg je antwoord uit met een bronelement, dit doe je op de volgende slide.
Bron: Het vertrek van vrijwilligers uit Luik naar Brussel in 1830 (schilderij van Soubres, 1878). Op de vlag staat: 'Overwinnen of sterven voor Brussel'.
Slide 35 - Slide
Was de schilder voorstander of tegenstander van de Belgische opstand (1830)? Leg je antwoord uit met een bronelement.