Fase 1: Een bruine boon is een zaad.
Fase 2: De bruine boon neemt door het poortje water op. De bruine boon zwelt op en breekt open.
Fase 3: Het worteltje komt naar buiten.
Fase 4: Het worteltje groeit en vormt zijwortels. Het stengeltje komt naar buiten. De kiem is een kiemplant geworden.
Fase 5: De kiemplant groeit. Hierbij wordt het reservevoedsel uit de zaadlobben verbruikt.
Fase 6: De kiemplant krijgt meer bladeren. Het reservevoedsel raakt op. De zaadlobben verschrompelen en zullen even later afvallen.
Fase 7: De kiemplant is een volwassen boonplant geworden.
Fase 8: Aan de boonplant komen bloemen. In de bloemen ontwikkelen zich zaden.