periode 4 week 1 voedingsstoffen

Periode 3
Module 6: voeding en vertering (voedingsstoffen en spijsverteringsorganen)
Module 7: nieren en urinewegen + regulering 
bloedsamenstelling

Overzicht stof + leerdoelen op ITSL
Einde periode: toets. 
1 / 43
next
Slide 1: Slide
anatomieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Periode 3
Module 6: voeding en vertering (voedingsstoffen en spijsverteringsorganen)
Module 7: nieren en urinewegen + regulering 
bloedsamenstelling

Overzicht stof + leerdoelen op ITSL
Einde periode: toets. 

Slide 1 - Slide

Vandaag

Module 6 voeding en vertering
H1 voedingsstoffen

Niet alles wordt uitgebreid behandeld i.v.m. overlap voedingsleer. Zorg dat je voor de toets alle leerdoelen kunt beantwoorden (zie itsl handleiding)

Slide 2 - Slide

Belangrijke
voedingsstoffen

Slide 3 - Mind map

Voedingsstoffen
Voedingsstoffen voor het menselijk lichaam:

 suikers (brandstof en bouwstof)
Vetten (bouwstof, brandstof, isolatie, oplosmiddel voor vit)
Eiwitten (bouwstof, hulpstof)
Mineralen (bouwstof, hulpstof)
Vitaminen (hulpstof)
Water (oplosmiddel, transport, warmtebuffer, steunstof, vulmiddel)

We gaan ze allemaal bekijken: algemeen - indeling - afbraak

Slide 4 - Slide

Vandaag M 6 H 1
Doelen:
 De functies en werking van koolhydraten, vetten en eiwitten voor het lichaam toelichten 


Slide 5 - Slide

Suikers / koolhydraten

Belangrijkste energiebron (granen, brood, pasta en aardappels)



Slide 6 - Slide

Indeling koolhydraten
Indeling:
enkelvoudig -> glucose, fructose, galactose, ribose
tweevoudig -> maltose, lactose, sacharose
meervoudig -> zetmeel, cellulose, glycogeen

Slide 7 - Slide

Afbraak
Specifieke enzymen zorgen voor afbraak van specifieke
suikers. 

Wat breekt wat af? Maak een overzicht

Slide 8 - Slide

Afbraak
Enzymen breken twee- of meervoudige suikers af
Enzym (eindigt op ...ase) :
  • amylase breekt zetmeel (=meervoudige suikers) af tot tweevoudige suikers
  • maltase breekt tweevoudige suikers af tot enkelvoudige suikers
  • Lactase (= enzym) splitst lactose (=tweevoudig suiker)
  • Sacharase (=enzym) splitst sacharose (= tweevoudig suiker)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

In welke producten vindt je koolhydraten?

Slide 11 - Open question

Welke suikerstructuren kunnen in de bloedbaan terecht komen?
A
enkelvoudig
B
tweevoudig
C
meervoudig
D
alle 3

Slide 12 - Quiz

Glucose is een meervoudig suiker
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quiz

Hoe heet het enzym dat zetmeel afbreekt?

Slide 14 - Open question

Vertering begint
A
in de mond
B
in de maag
C
in de darmen

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Afbraak van vetten (lipiden)
Lipase breekt vetten af 
Komt uit alvleeskliersap wat toegevoegd is aan voedsel in de twaalfvingerige darm
Galzuren uit gal zetten vetten om in kleinere vetdruppels
'kleine' ketens direct in het bloed
'grote' ketens via omweg -> via Lymfevatenstelsel naar bloed

Slide 18 - Slide

Welke vitamines zijn opgelost in vet?

Slide 19 - Open question

Welk enzym breekt vetten af?
A
glycerol
B
fosfolipiden
C
amylase
D
lipase

Slide 20 - Quiz

Eiwitten
  • Noodzakelijk voor opbouw van cellen en diverse stoffen in het bloed
  • gebruikt als tussencelstof in het steunweefsel
  • wat overblijft dient als brandstof (kan niet opgeslagen) 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Welke 6 voedingsstoffen hebben we nodig?
timer
0:40

Slide 25 - Open question

Welk enzym breekt vetten af?
A
glycerol
B
fosfolipiden
C
amylase
D
lipase

Slide 26 - Quiz

Koolhydraten en suikers is hetzelfde
A
goed
B
fout

Slide 27 - Quiz

Hoe heet het enzym dat
zetmeel afbreekt?
timer
0:15

Slide 28 - Open question

Welke vitamines worden opgelost in vet?
timer
0:10

Slide 29 - Open question

Mineralen
  • Mineralen zijn anorganische stoffen -> kunnen niet door een organisme worden gemaakt (organische stoffen)
  • ondersteunen de stofwisseling
  • worden gebruikt als bouwstof
  • zouten en sporenelementen

Slide 30 - Slide

Zouten / elektrolyten              
Natrium (signaaloverdracht van zenuwen en nodig bij spiercontracties)
Kalium (van belang bij veel reacties, signaaloverdracht van zenuwen en spiercontracties)
Chloride (onderdeel van maagzuur nodig voor goede vertering)
Calcium (opbouw botten en tanden, samentrekken en ontspannen van spieren, zenuwstelsel, bloedstolling en bloeddruk)
Magnesium (opbouw botten, tanden en eiwitten)
IJzer (hemoglobine in rode bloedcellen -> zuurstoftransport)

Slide 31 - Slide

Sporenelementen
Kleine hoeveelheden van nodig voor normale groei en ontwikkeling.
Leveren geen energie.
fosfor
koper
aluminium
zink
chroom
mangaan
fluor -> gebit (tandglazuur)
jodium ->  inschildklierhormoon

Slide 32 - Slide

In het bloed kan opgenomen worden
A
enkelvoudige suikers
B
meervoudige suikers
C
tweevoudige suikers
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 33 - Quiz

glucose, fructose en maltose horen tot de enkelvoudige suikers
A
goed
B
fout

Slide 34 - Quiz

Vetten worden afgebroken door
timer
0:15

Slide 35 - Open question

Ander woord voor eiwitten en welk enzym breekt eiwitten af?

Slide 36 - Open question

Mineralen zijn
A
organische stoffen
B
anorganische stoffen

Slide 37 - Quiz

Spoorelementen: je kunt er maar beter teveel van binnen krijgen, dan heb je nooit een probleem
A
klopt, lekker flinke hoeveelheden van innemen
B
nee hoor, je hebt niet snel tekort

Slide 38 - Quiz

Vitaminen
Spelen rol bij de afweer
Lichaam kan ze niet zelf maken (behalve D en K)
2 groepen
In vet oplosbaar (A,D,E en K) -> samen met vetdeeltje via de darm in lichaam opgenomen
In water oplosbaar (B en C)
Zie tabel 1.3 en 1.4!

Slide 39 - Slide

Water
Ons lichaam bestaat voor 60 – 75 % uit water
Belangrijke bouwstof:
Onderhoud van cellen
Transport van voedingsstoffen
Verwijderen afvalstoffen
Regelt lichaamstemp (zweten / warmtebuffer)
Slijmvliezen vochtig houden (longen / mond)
Smeren van gewrichten
Helpt bij spijsvertering -> voorkomen van obstipatie
Huid blijft soepel en houdt haar structuur
Dempt schokken (ogen, ruggenmerg, in vruchtzak bij zwangerschap)
Geen reserves: tekort moet van buitenaf vlug aangevuld

Slide 40 - Slide

Welke vitaminen zijn in water oplosbaar?

Slide 41 - Open question

Slide 42 - Slide

Huiswerk
Pak je agenda en noteer:
Context "van alles tekort" maken
Leren Module 6 H1 voedingsstoffen

Slide 43 - Slide