This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Formuleren
Slide 1 - Slide
Het kistje, ... staat, is een erfstuk van mijn opa. die of dat?
timer
0:30
Slide 2 - Open question
Er is niets .... ik niet weet. dat/wat?
timer
0:30
Slide 3 - Open question
De klasgenoten ..... ik heb gepraat, zijn als klaar. waarmee/met wie
timer
0:30
Slide 4 - Open question
De docent heeft ... een mooi cijfer gegeven.
timer
0:20
A
hun
B
hen
Slide 5 - Quiz
De stagebegeleider heeft ... een e-mail gestuurd
timer
0:20
A
hun
B
hen
Slide 6 - Quiz
De kleinste kinderen zijn blij dat Sinterklaas weer in het land is. ... zetten massaal hun schoen. zij/hun
timer
0:20
A
zij
B
hun
Slide 7 - Quiz
De werkplaatschef heeft .... geïnstrueerd.
timer
0:20
A
hun
B
hen
Slide 8 - Quiz
De werkplaatschef heeft ... uitleg gegeven.
timer
0:20
A
hen
B
hun
Slide 9 - Quiz
De vakdocent had die uitleg al eerder aan ... gegeven.
timer
0:20
A
hen
B
hun
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Video
Wat is de definitie van congruentie?
timer
1:00
Slide 12 - Open question
Slide 13 - Slide
Staat er in deze zin een congruentiefout? Tijdens de survivaltocht in de Ardennen waren, zonder dat iemand het doorhad, een groep jongeren verdwaald in de bossen.
timer
0:20
A
ja
B
nee
Slide 14 - Quiz
Staat er in deze zin een congruentiefout? Het aantal werknemers van 65 jaar of ouder op het moment van pensionering, zijn de laatste vijftien jaar verdubbeld.
timer
0:20
A
ja
B
nee
Slide 15 - Quiz
Wat is de definitie van inversie?
Slide 16 - Open question
Slide 17 - Slide
Staat er een inversiefout staat in de volgende zin: Om twaalf uur 's nachts gaat het bowlingcentrum bij ons om de hoek dicht en dan moeten alle bezoekers uit het pand zijn.
timer
0:20
A
ja
B
nee
Slide 18 - Quiz
Welke inversiefout staat in de volgende zin: Het regende de hele middag en we hebben dus niets kunnen doen.