This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Les 1 MFA
Welkom
Slide 1 - Slide
Wie ben ik, wie zijn jullie?
Wie heeft er al EHBO (MFA) ervaring?
Wat verwacht ik van je?
Wat moet je kennen voor de theorie- en praktijktoets?
Kunnen wij alles tijdens de lessen behandelen?
Slide 2 - Slide
Wat gaan we doen deze les?
- STOP procedure
- 1e ZC
- Stabiele zijligging
- Volgende les
Slide 3 - Slide
STOP procedure (blz. 21)
Situatie -> overzie situ
Taak -> gevaar/beperking?
Ongeval management -> wat? oorzaak? PVA
Preventie -> handschoenen, mondkap, etc
Slide 4 - Slide
STOP
Je komt aan bij een ongeval. Wat doe je?
Slide 5 - Slide
1e zorgcirkel (blz. 23)
Rood - Levensbedreigend - Grootste v/d 3
Slide 6 - Slide
Waarom staat extreme bloedingen als een van de eerste woorden in de cirkel?
A
Omdat het extreem is
B
Omdat het een bloeding is
C
Omdat je eerst de bloeding moet behandelen dan de rest
D
Dat is willekeurig
Slide 7 - Quiz
Waarom is de cirkel rood?
A
Minst gevaarlijk
B
Medium
C
Meest gevaarlijk
D
Willekeurig
Slide 8 - Quiz
Kan je van de tweede zorgcirkel naar een andere cirkel?
A
Ja
B
Nee
C
Ligt eraan
D
Geen idee
Slide 9 - Quiz
Als iemand een extreme bloeding heeft, wat doe je dan?
A
STOP, directe druk geven
B
STOP, tourniquet aanbrengen
C
Directe druk geven
D
STOP, direct 112 bellen
Slide 10 - Quiz
Waar staat de 'O' voor in STOP?
A
Ongeluk manager
B
Ongeluk management
C
Ongeval management
D
Ongeval
Slide 11 - Quiz
Wat doe je bij de 'S' van STOP?
A
Je haalt diep adem
B
Je maakt een PVA
C
Je bekijkt welke gevaren er zijn
D
Je haalt diep adem en overziet de situatie
Slide 12 - Quiz
Wat is het meest belangrijk?
A
De veiligheid van de patiënt
B
Jouw eigen veiligheid
C
De veiligheid van de patiënt en daarna direct die van jezelf
D
De omgeving checken
Slide 13 - Quiz
1e zorgcirkel
Alles wat er in de 1e zorgcirkel staat gaan wij gedurende de lessen nog behandelen en uitwerken. Zorg dat je zelf ook goed de theorie doorleest.
We gaan nu verder met de stabiele zijligging.
Slide 14 - Slide
Stabiele zijligging (blz. 66 t/m69)
Waarom zou je iemand in de stabiele zijligging leggen?
Slide 15 - Slide
Waarom zou je dit doen?
- Tong kan niet in keelholte zakken (vrije luchtweg)
- Braaksel kan eruit
- Patiënt kan niet rollen buik/rug
- Handen vrij als hulpverlener
Slide 16 - Slide
Extra informatie
- Je knielt aan kijkrichting, waarom?
- Kanteltechniek met sterkste arm, waarom?
- Vitale functies blijven controleren, waarom?
- >30min = andere zijde, waarom?
- Waarom controleren van harde voorwerpen in zak?
Slide 17 - Slide
PANG! Zelf doen!
Voorbeeld, daarna:
3-tallen maken, waarbij 1 persoon leest, 1 de patiënt is en 1 de hulpverlener is. Lees HARDOP voor en doe exact wat er wordt gezegd. Hierna wissel je door. Zorg dat je minimaal 2x aan de beurt bent gekomen met je voorkeursarm en 2x met je niet dominante arm.