Oefentoets politiek 2022

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Politiek

Waaruit bestaat het kabinet?

1. koning en ministers
2. koning en staatssecretarissen
3. ministers en ambtenaren
4. ministers en staatssecretarissen

Nederlanders maken bij de gemeenteraadsverkiezingen gebruik van het:

1. Actief kiesrecht
2. Passief kiesrecht

De Eerste Kamer heeft ...

1. 150 zetels
2. 50 zetels
3. 75 zetels
4. recht van amendement

Welk recht heeft de Eerste Kamer niet?

1. Motierecht
2. Parlementaire enquête
3. Stemrecht
4. Recht van initiatief

Hoe noem je het recht om een wetsvoorstel in te dienen?

1. Budgetrecht
2. Recht van initiatief
3. Recht van Amendement
4. Stemrecht

Het recht van initiatief hoort bij de ...

1. Wetgevende taak
2. Controlerende taak

LINKS

RECHTS

Actieve overheid

Passieve overheid

Opkomen zwakkeren

Liberalisme

Sociaal-democratie

Zelfredzaamheid

Economische vrijheid

Het aanpassen van wetten noemen we...

1. Recht van initiatief
2. Recht van amendement

Recht van amendement heeft/hebben:

1. De Eerste Kamer
2. De Tweede Kamer
3. Beide Kamers

Een café in Dokkum moet twee weken dicht. … heeft dit besluit genomen vanwege de voortdurende verstoring van de openbare orde en veiligheid.

Wat moet op de puntjes in tekst 1 worden ingevuld?

1. De burgemeester
2. De gemeenteraad
3. De politie
4. Het college van B&W

De Tweede Kamer heeft gebruik gemaakt van … en het oorspronkelijke
wetsvoorstel van de minister op een aantal punten gewijzigd. Zo gaat
onder andere het minimumbedrag dat oud-studenten maandelijks moeten
terugbetalen flink omlaag.

Welk recht van de Tweede Kamer moet op de puntjes in de tekst worden
ingevuld?

1. Recht van amendement
2. Recht van enquête
3. Recht van initiatief
4. Recht van interpellatie

Welke waarde hoort bij welke politieke stroming?

Gelijkwaardigheid

Naastenliefde

Economische vrijheid

SOCIALISTEN

CHRISTENDEMOCRATEN

LIBERALEN

Solidariteit

Persoonlijke vrijheid

Welke rollen heeft de koning in Nederland?

Er zijn meerdere antwoorden juist.

1. Stemmen of een wet wel of niet doorgaat.
2. Een handtekening onder alle wetten zetten.
3. Ons land vertegenwoordigen in het buitenland.
4. De Minister-President kiezen.

De kamer laat een groot onderzoek doen naar de toeslagenaffaire.

1. Recht van amendement
2. recht van motie
3. Recht van parlementaire enquête
4. Recht van budget