* Ik ga nu de inleiding lezen
* Daarna gaan jullie in je groepje 1 voor 1 een stukje voorlezen. Terwijl 1 iemand voorleest, markeren de andere van het groepje ondertussen de signaalwoorden. Als de alinea uitgelezen is, beantwoorden jullie met elkaar de sleutelvragen. Ook bespreken jullie de gevonden signaalwoorden en welk tekstverband daarbij hoort. Jullie krijgen een hulpkaart.